Partnerbijdrage van

Toetsing aan Grondwet: stap dichterbij?

Nederlandse rechters mogen wetten niet aan de Grondwet (Gw) toetsen. Wellicht dat dit in de toekomst anders wordt. De Rechtspraak wil namelijk al heel lang dat deze optie, die alle andere Europese landen al hebben, er komt.

Delen:

Het kabinet beschrijft in het coalitieakkoord van 2022 hoe zij aan de slag gaat met het invoeren van constitutionele toetsing. Hier hebben de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Rechtsbescherming de Tweede Kamer over geïnformeerd middels een hoofdlijnenbrief.

De belangrijkste grondrechten van burgers worden namelijk niet in alle situaties goed beschermd volgens het kabinet. In de hoofdlijnenbrief staat hoe de ministers de constitutionele toetsing in Nederland willen regelen. Het beeld van de ministers is niet gelijk aan het advies van de staatscommissie parlementair stelsel. Het kabinet wil dat alle rechters een bindend rechterlijk oordeel kunnen geven over de verhouding tussen een ingevoerde wet en de vrijheidsrechten in de Grondwet. Zij kunnen die wet dan buiten toepassing laten.

Twee soorten grondrechten

In de Grondwet staan de rechten die we in Nederland het belangrijkst vinden. Ook internationaal zijn deze rechten genoemd als absolute basis voor rechtssystemen. Dit zijn de grondrechten. Er zijn twee soorten grondrechten:

  • klassieke grondrechten; en
  • sociale grondrechten.

Klassieke grondrechten gaan over burgerlijke en politieke rechten. Dit zijn bijvoorbeeld het kiesrecht, de vrijheid van meningsuiting, het recht op privacy, de godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod. De sociale grondrechten zijn economische, sociale en culturele rechten. Hierbij kan je denken aan het recht op huisvesting en het recht op sociale zekerheid, gezondheidszorg en onderwijs. Klassieke grondrechten kan je namens jouw cliënt inroepen in een procedure. Sociale grondrechten zijn bijna nooit afdwingbaar. Jouw cliënt zal een zaak dus niet kunnen winnen op basis van een beroep op een sociaal grondrecht.

Toetsingsverbod

Nederlandse rechters mogen wetten niet toetsen aan de Grondwet volgens artikel 120 Gw. Dit toetsingsverbod is er omdat we er in Nederland van uitgaan dat de wetgever bij het maken van wetten al rekening houdt met de Grondwet. De rechter mag daarom niet nog eens beoordelen of een wet niet in strijd is met de Grondwet. Dit betekent dat de rechter niet mag beoordelen of een bepaalde wet of een bepaald artikel klopt met de grondrechten die voor iedereen gelden. Denk hierbij aan de vrijheid van godsdienst, de vrijheid van meningsuiting en het recht op privacy.

Toch is het volgens de Rechtspraak belangrijk dat Nederlandse rechters in specifieke gevallen wetten wel aan de Grondwet mogen toetsen. Dit is bijvoorbeeld zo als een zaak over de belangrijkste grondrechten gaat. Dit is namelijk goed voor de bescherming van de grondrechten in het algemeen en in het bijzonder voor de rechtsbescherming van iedere persoon in Nederland. Op die manier zijn er ook meerdere partijen die kritisch naar een wet in relatie tot de grondrechten kunnen kijken: de wetgever en de rechters. Hierdoor neemt de bescherming van burgers en vooral van minderheden in de maatschappij toe en dit betekent dat de rechtsstaat als geheel beter werkt volgens de Rechtspraak. Dit staat in een zienswijze die de Rechtspraak afgelopen mei heeft gestuurd aan de ministers. De Rechtspraak vindt toetsing van wetten aan de Grondwet door alle Nederlandse rechters dus een goed idee.

Benieuwd naar de hoofdlijnen van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Rechtsbescherming en de vervolgstappen om een systeem over de toetsing van wetten aan de Grondwet te verwezenlijken? Lees dan het hele artikel.

Delen:

Lindenhaeghe Legal maakt deel uit van de Lindenhaeghe Groep, een toonaangevende speler in de financiële opleidingssector. Als opleider van duizenden professionals per jaar beschikken…

Meer berichten van partner

Scroll naar boven