Een team van UvA-studenten Informatierecht heeft zich weten te plaatsen voor de finales van een pleitwedstrijd van de Universiteit van Oxford, deze week in de Engelse stad. Bij deze ‘Monroe Price Media Law Moot Court Competition’ is ‘hate speech’ dit jaar het thema.
De moot court draait om de vrijheid van meningsuiting, de rol van de media en de rol van informatietechnologie in de samenleving. De casus van dit jaar heeft te maken met hate speech en gaat over de vervolging van een columniste. Masterstudenten Informatierecht vinden dat deze onderwerpen hun op het lijf geschreven zijn.
Keihard
De competitie trekt teams van Beijing tot de Bahama’s die in vijf regionale voorrondes over de hele wereld tegen elkaar in het strijdperk treden. In West-Europa is er geen voorronde, maar worden teams geselecteerd op basis van geschreven memorials voor de finales in Oxford.
De coach van het team, Willem Korthals Altes, is senior rechter bij de Rechtbank Amsterdam en was zelf jarenlang rechter in de moot court. “De competitie is keihard,” vertelt hij. “Ieder jaar wordt het niveau hoger.”
Voorafgaand aan de pleitrondes in Oxford dienen de teams memorials in, waarin ze de standpunten van de twee tegenover elkaar staande partijen voor de rechtbank uiteenzetten. In de pleitrondes moeten de teams in 45 minuten hun verhaal doen, maar ze worden onderbroken door vragen van de rechters.
Bureau Brandeis
Eind maart trainde het team in een oefenrechtbankruimte bij Bureau Brandeis, het kantoor van advocaat en docent Christiaan Alberdingk Thijm. Daar kregen ze niet alleen feedback van hun coach, maar ook van hun docent International Media Law, dr. Tarlach McGonagle, en het team van vorig jaar.
Ook vorig jaar wist een team van UvA-informatierechtstudenten zich te plaatsen voor deze internationale moot court.
