Wat kwamen de Belgische notarissen in spe precies doen?
“Gluren bij de buren. Het notariaat is niet meer puur nationaal, veel wet- en regelgeving komt van de EU, natuurlijk ook in België. In dit specifieke geval wilden zij ook meer weten van de samenwerking tussen advocaten en notarissen, dat kennen zij daar (nog) niet. Wij hebben de Verordening interdisciplinaire samenwerking verder toegelicht en wat praktijkvoorbeelden besproken.”
Het Belgische notariaat, verschilt dat nou veel van het Nederlandse?
“Er zijn zeker wat verschillen, maar die worden verre overtroffen door de gelijkenissen. Het had zo maar een groep Nederlandse studenten kunnen zijn die wij spraken.”
Wat kunnen de Vlamingen van ons notariaat leren?
“Leren is een té groot woord hier, maar zij waren zeer geïnteresseerd in hoe wij het doen nu de vaste notariële tarieven al een kleine 25 jaar zijn losgelaten. In België hebben ze die nog. Vrije tarieven zijn mogelijk het voorland voor alle EU-landen met een notariaat vergelijkbaar aan het onze. In Nederland werden de vrije tarieven destijds wat plotsklaps ingevoerd, terwijl de Belgen hun tariefstelling wat geleidelijker aan de tijdsgeest kunnen aanpassen.”
En wat kunnen wij weer van hen leren?
“Haha, beleefd luisteren als een oud-notaris zoals ik aan het woord is. Maar serieus, de organisatiegraad van het Belgische notariaat is zeer hoog en zij zitten in Brussel dicht op het vuur waar het Europese regels betreft die voor het notariaat van belang zijn. Bijvoorbeeld de digitalisering van het vennootschapsrecht, vereisten op het gebied van anti-witwassen en het digitaal identificeren van cliënten. Het was leuk om te zien dat de drie professoren allen ook notaris zijn; toch een beetje vakonderwijs.”
De KNB en het Belgisch notariaat ondertekenen vandaag (27 november) een samenwerkingsovereenkomst. Wat behelst dat?
“Dat is een verdieping van de uitwisseling van de zuidelijke provincies van Nederland en de noordelijke provincies van België. Er is daar veel grensoverschrijdend verkeer, dus het is goed als men elkaar met regelmaat op de hoogte houdt. Onze organisaties kunnen het overigens goed met elkaar vinden en de KNB kijkt sowieso gelukkig steeds meer naar buiten.”
U was zelf op de dag nauwkeurig 25 jaar notaris. Wat mist u sindsdien het meest?
“Mijn collega’s en mijn (vaste) cliënten, maar ook toch wel een beetje het kantoorleven, een praatje bij de koffiemachine, dat werk.”
Als ik het voor het zeggen had…
“Geen vrees, het zal niet zover komen en bovendien: geen woorden maar daden.”
Wie of wat is uw bron van inspiratie?
“Om heel eerlijk te zijn, heb ik die niet zozeer, maar ik kan wel genieten van mijn gezin en van vriendschappen.”
Welk boek heeft u het laatst gelezen?
“Waarom niemand kwantum begrijpt en iedereen er toch iets over moet weten”, van Frank Verstraete en Céline Broeckaert, toevalligerwijs twee Belgen. Werd recent aangeraden in de krant. Ik begreep er ongeveer veertig procent van, maar goed, het gaat erom dat óók ik me graag staande wil houden als de wereld verder digitaliseert.”
Wat is niet over u bekend wat wel interessant is?
“Vrij naar André Malraux: “Een man is niet degene die hij denkt dat hij is, hij is wat hij verbergt” en daar laat ik het graag bij.”
Wat staat er bovenaan op uw bucketlist?
“Een wat langere tijd met mijn echtgenote in het buitenland zijn; wanneer is nog niet duidelijk, maar eens komt het ervan!”
Met welke beroemdheid zou u kort in een gevangeniscel willen zitten?
“Liefst aan tafel overigens en dan met Michel de Montaigne (1533-1593), een oprecht mens van het milde midden en dat zouden toch meer mensen weer eens moeten proberen vandaag de dag. Zijn Essays zijn een verademing qua kennis en humaniteit.”
