Bijna een ton had een rechtsbijstandsverzekerde uitgegeven aan haar advocaat. Arag vond het onderhand welletjes, maar moet van de rechter ongelimiteerd de externe advocaatkosten vergoeden.
Nadat in februari 2008 bij eiseres een gynaecologische operatie was uitgevoerd – de implantatie van een zogenoemd bekkenbodemmatje – ontstonden er klachten. Zij deed een beroep op haar rechtsbijstandsverzekering van Arag. Op verzoek van eiseres heeft Arag de behandeling van haar zaak overgedragen aan een externe advocaat.
In 2016 liet Arag weten dat de behandeling van de zaak veel te lang duurt en te kostbaar wordt. Arag wees er op dat na ruim vier jaar het nog steeds niet duidelijk is wie er wordt aangesproken: de leverancier of het ziekenhuis/arts. Ook staat de aansprakelijkheid nog niet vast en is er over de schade nog te weinig bekend. Wel was er al een bedrag van ruim 82 duizend euro uitgegeven aan rechtsbijstand. Arag stelde dat het ‘redelijk en gebruikelijk’ is om maximaal 100 duizend euro uit te geven voor de behandeling van de zaak: dat is bedrag dat eigenlijk in de polis is bedoeld.
Maar de Rechtbank Midden-Nederland bepaalde dat Arag ongelimiteerd de externe advocaatkosten moet vergoeden – ‘mits de kosten als normale en gebruikelijke kosten zijn te beschouwen’. Zo is het immers ook in de polisvoorwaarden van de verzekerde vermeld. Dat Arag hier alsnog een stokje voor wilde steken, leverde bij de rechter niets op.