Annalies Outhuijse over de groei van het aantal oneigenlijke wrakingsverzoeken

Mr. van de week is Annalies Outhuijse. Zij is als advocaat bestuursrecht verbonden aan Stibbe. Vorige week hield zij samen met Jaap Waverijn en Larab Mohammad een presentatie bij de Raad van State voor alle hoogste bestuursrechters (Afdeling bestuursrechtspraak, College van Beroep voor het bedrijfsleven, Centrale Raad van Beroep en Hoge Raad), met als onderwerp: hoe om te gaan met oneigenlijke wrakingsverzoeken?

Delen:

Annalies Outhuijse over de groei van het aantal oneigenlijke wrakingsverzoeken - Mr. online
Annalies Outhuijse

U werd voor deze presentatie gevraagd omdat u met Jaap Waverijn en Larab Mohammad een artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Bestuursrecht schreef waarin u inging op twee ontwikkelingen die de inhoudelijke behandeling van wrakingsverzoeken beperken. Welke ontwikkelingen zijn dat?
“Dat zijn de Wrakingsregeling 2022 van de ABRvS, de CRvB en het CBb en een wetsvoorstel dat alle wrakingsprocedures aanpast, ook in het bestuursrecht. Op basis van het wetsvoorstel hoeft de wrakingskamer een verzoek niet in behandeling te nemen als dit kennelijk ongegrond of kennelijk niet-ontvankelijk is. Op basis van de wrakingsregeling kan de behandelend kamer ook zelf besluiten bepaalde verzoeken niet door te sturen aan de wrakingskamer. Als reden voor het wetsvoorstel wordt genoemd dat er steeds vaker ongegronde wrakingsverzoeken worden ingediend en dat er bij rechters een ‘een algemeen gevoel’ leeft dat de wrakingsprocedure vaker oneigenlijk wordt gebruikt, bijvoorbeeld als strategisch middel om de zaak te vertragen of op te komen tegen onwelgevallige (tussen)beslissingen.
Wij analyseerden deze twee ontwikkelingen op basis van een empirische analyse van de gepubliceerde wrakingsbeslissingen in 2021 bij ABRvS, CRvB en het CBb om te bezien of 1) veel wrakingsverzoeken inderdaad oneigenlijk zijn en, zo ja, 2) wij de beperking van de inhoudelijke behandeling van wrakingsverzoeken als de meest geschikte aanpak beschouwen.”

Wordt er in het bestuursrecht vaak oneigenlijk gewraakt? Vaker dan in het civiele of strafrecht?
“Goed om eerst te benoemen is dat het aantal wrakingsverzoeken bij de onderzochte instanties maar beperkt is. In de periode 2019-2022 was het totaal aantal wrakingsverzoeken bij de ABRvS, de CRvB en het CBb rond de veertig per jaar (dit is minder dan 0,30% van alle zaken). In die verzoeken zagen wij verschillende redenen die een eigenlijke wrakingsgrond betreffen, zoals mogelijke belangenverstrengeling vanwege eerdere functies of nevenfuncties of negatieve uitlatingen die een partij het gevoel geeft dat de rechter zijn beslissing al klaar heeft. Dit betekent overigens niet dat er daadwerkelijk vooringenomenheid is. Maar we zagen ook een fors aantal oneigenlijke wrakingsgronden. Deze gronden kunnen naar hun aard niet tot toewijzing leiden of hebben niet tot doel één van de rechters te laten vervangen, bijvoorbeeld omdat men geen vertrouwen heeft in gehele rechterlijke macht of niet inhoudelijk eens is met de einduitspraak. Het is duidelijk dat er soms onvrede is die de burger wil uiten. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de terugkerende gronden van ‘het continue onderbreken’, ‘weinig tijd om te mogen spreken’, ‘onevenwichtige vraagstelling’ en meer in het algemeen ‘de bejegening door de rechter’. Soms lijkt de verzoeker ‘per ongeluk’ het verkeerde instrument te gebruiken vanwege onbekendheid met het doel van het wrakingsmiddel en hoe en wanneer dat kan worden gebruikt. Dan wordt het middel oneigenlijk gebruikt, zij het niet altijd met opzet zoals soms wordt gedacht. We weten niet of verzoeken in recente jaren vaker oneigenlijk zijn. Dat zouden we nog moeten onderzoeken, net als hoe het bij de rest van het bestuursrecht, civiele recht en strafrecht zit. Overigens, wellicht moet dit onderzoek in een mooi promotieonderzoek worden neergelegd waar ik dan graag bij betrokken ben.”

Krijgen wrakende procespartijen vaak gelijk?
“Bij de onderzochte instanties niet. In 2022 was er bijvoorbeeld geen enkele zaak succesvol en in 2021 slechts één. Dit was bij de CRvB. Verzoeker was geen enkele mogelijkheid geboden om informatie en zijn zienswijze over een bepaald standpunt te geven, waardoor de vrees voor vooringenomenheid gerechtvaardigd was. Veel verzoeken worden ook niet-ontvankelijk verklaard omdat ze niet aan de procedurele voorwaarden voldoen, bijvoorbeeld omdat ze te laat zijn ingediend. We weten dan niet of het verzoek valide was als het wel aan de voorwaarden had voldaan.
Als we het wetsvoorstel mogen geloven, ligt het aantal toegewezen verzoeken hoger bij het strafrecht en civiele recht. Voor de gehele rechtspraak worden percentages van 2-3 genoemd voor jaren 2017 tot 2022. Ik zeg bewust ‘als we het wetsvoorstel mogen geloven’, omdat in het wetsvoorstel andere stellingen zitten die empirisch niet kloppen dus ook op deze kunnen we niet volledig varen.”

Bent u voorstander van beperking van de inhoudelijke behandeling van wrakingsverzoeken?
“Ja, maar niet op deze wijze. We begrijpen waarom de keuze tot beperking wordt gemaakt, want er zijn nu eenmaal relatief veel oneigenlijke wrakingsgronden – maar we zijn kritisch op de wijze waarop die beperking van de inhoudelijke behandeling wordt gemaakt. Om een paar punten te noemen. We zien het meer buiten behandeling laten niet als de juiste oplossing voor het echte probleem: ontevredenheid van de burger. Ook is het niet volledig te rechtvaardigen vanuit het perspectief van de belasting van de rechtspraak, want het gaat maar om een zeer klein percentage zaken per jaar. Verder vragen we ons af wat er overblijft van het wrakingsinstrument indien deze beperkingen worden doorgevoerd en of valide wrakingsverzoeken buiten de boot van inhoudelijke behandeling gaan vallen. Tot slot zouden we graag zien dat wrakingsverzoeken niet door directe collega’s, maar door een echt onafhankelijke kamer worden beoordeeld. We verwachten niet dat dit tot andere uitkomsten gaat leiden, maar wel tot meer acceptatie van wrakingsbeslissingen en vertrouwen in de rechtspraak.”

U weet nu vast heel goed hoe u een rechter moet wraken. Doet u dat vaak?
“Zeker, ik ken de mogelijke succesvolle gronden en alle procedurele voorwaarden waaraan moet worden voldaan (wat erg belangrijk is om niet-ontvankelijkheid te voorkomen, veel zaken worden namelijk niet-ontvankelijk verklaard). Maar ik heb nog nooit een rechter gewraakt en verwacht dat ook nooit te hoeven doen.”

Wie of wat is uw bron van inspiratie?
“Mijn bron van inspiratie zijn mijn familie en vrienden. Hun onvoorwaardelijke steun en doorzettingsvermogen inspireren me om het beste uit mezelf te halen en anderen te motiveren om hetzelfde te doen.”

Wat is niet over u bekend dat wel interessant is?
“Dat ik naast mijn juridische carrière mede-eigenaar ben van het bedrijf WaouW Outdoor Escape Games. Sinds een paar jaar heb ik mijn passie ontdekt voor het maken van deze spellen. Het creëren van uitdagende en meeslepende puzzeltochten is iets waar ik enorm van geniet. Het is een geweldige manier om mensen iets te leren, prachtige plekken te laten zien, samen te brengen en herinneringen te creëren.”

Welk boek las u het laatst?
“Dat was Omringd door idioten van Thomas Erikson. Zeker een aanrader! Gaf mij een goed inzicht hoe mensen verschillend communiceren en zaken beleven, waardoor conflicten en miscommunicatie kunnen worden voorkomen.”

Wat staat er bovenaan op uw bucketlist?
“Ik zou wel een tijdje als onderzoeker of tekstschrijver willen werken bij een satirisch actualiteitenprogramma zoals De Avondshow of Even tot hier. Lijkt me heerlijk om in zeer korte tijd een complex onderwerp tot op de bodem uit te zoeken om dit vervolgens begrijpelijk uit te leggen (en te bekritiseren). Nu ik dit zeg, denk ik, misschien verschilt het niet eens zoveel van het advocatenwerk.”

Lees meer over:

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven