Auteurschap moet worden aangetoond

Iemand die stelt auteursrechthebbende te zijn moet “alle redelijkerwijs beschikbaar bewijsmateriaal overleggen waarmee de rechter voldoende zekerheid kan verkrijgen dat hij de houder van dat recht is.”

Delen:

Links: ‘Bij mij thuis bepaal ik de regels’ en rechts: ‘Perfecte mensen bestaan niet en toch ben ik er één’

Dit besliste het Hof van Justitie van EU op 27 april 2023 in een Poolse zaak tegen Castorama Polska en ‘Knor’ over posters met “ongecompliceerde grafische vormgeving, bestaande uit een beperkt aantal kleuren, geometrische figuren en korte zinnen” (zie afbeeldingen; de posters van gedaagden waren blijkens de verwijzingsbeschikking identieke kopieën).

Vooral van de eerste twee van deze korte zinnen ‘Bij mij thuis bepaal ik de regels’ en ‘Perfecte mensen bestaan niet en toch ben ik er één’ kun je je afvragen of die niet te banaal of triviaal zijn om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking te komen. Naar Europees recht is de vraag of er wel sprake is van “een intellectuele schepping van de auteur die de persoonlijkheid van deze laatste weerspiegelt en tot uiting komt door de vrije creatieve keuzen van die auteur bij de totstandkoming ervan”. Misschien wel niet.

De derde zin luidt: ‘Bij ons thuis hoor je ’s ochtends het getrippel van voetjes. Het ruikt er altijd heerlijk naar gebak. We hebben veel werk, plezier en liefde’. Dat klinkt wat creatiever, maar als je er op gaat googlen blijken er online talloze verschillende posters met deze tekst te koop. Dus misschien is deze zin ook niet erg origineel.
Maakt de “ongecompliceerde grafische vormgeving” het dan voldoende creatief? Ook dat valt te betwijfelen.

Het interessante van de uitspraak is dat iemand die zo’n informatieverzoek over herkomst en verspreiding doet, aantoont dat hij rechthebbende is. ‘Aannemelijk maken’ is niet voldoende. Hij moet “alle redelijkerwijs beschikbaar bewijsmateriaal” overleggen zodat de rechter “voldoende zekerheid kan verkrijgen dat hij de houder van dat recht is”. Dat klinkt nogal voor de hand liggend (‘wie stelt, bewijst’), maar het is mogelijk best belangrijk, vooral in tijden van kunstmatige intelligentie. Je kunt wel stellen dat een plaatje of een tekstje het gevolg is van jouw creativiteit, maar misschien heb je het wel gekopieerd of komt het van ChatGPT, DALL-E of MidJourney.

In dit geval had de eiser alleen “afdrukken van pagina’s van haar website met artikelen die in haar webwinkels te koop waren en verkoopfacturen” overgelegd en verder niks. Dat is dus duidelijk onvoldoende. De vraag is wat dan wel vereist is.

Om te bewijzen dat je rechthebbende bent, zul je mogelijk bewijs moeten overleggen van het totstandkomingsproces en/of een ondertekende verklaring van een natuurlijke persoon die het werk heeft ontworpen én zul je zeker nauwkeurig moeten aangeven en onderbouwen waar uit blijkt dat het een menselijke intellectuele schepping is die de persoonlijkheid van de maker weerspiegelt en waaruit blijkt dat jij rechthebbende bent.

 

 

 

 

 

 

 

‘Bij ons thuis hoor je ’s ochtends het getrippel van voetjes. Het ruikt er altijd heerlijk naar gebak. We hebben veel werk, plezier en liefde.’ (links het origineel, rechts de aangevallen versie in andere lay-out, afkomstig uit de verwijzingsbeschikking)

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven