Bemiddeling als hét middel: mediation in jeugdstrafzaken succesvol

Delen:

beeld: Depositphotos

Onlangs maakte de Raad voor de rechtspraak bekend dat een mediationtraject voor jeugdstrafzaken erg succesvol is gebleken. In maar liefst vierennegentig van de honderd afgeronde gevallen kwamen de dader en het slachtoffer tot overeenstemming. Hoe werkt mediation in het strafrecht precies, en waarom wordt het zo vaak toegepast in het jeugdstrafrecht?

Mediation is een vorm van herstelrecht. Het uitgangspunt van het traject is dan ook om het slachtoffer en de dader samen met een herstelbemiddelaar in gesprek te laten gaan over de mogelijkheid de strafbare gevolgen van het gepleegde delict te ‘herstellen’. Essentieel hierbij is het onderscheid tussen mediation en herstelbemiddeling. Herstelbemiddeling staat immers los van een strafrechtelijke procedure. Het gaat hier voornamelijk om de confrontatie tussen de dader en het slachtoffer ter verwerking van de gevolgen van de gepleegde feiten.

Bij mediation in strafzaken is het uitgangspunt het geschil – voor zover mogelijk – op te lossen zonder dat daar een rechter aan te pas hoeft te komen. Naast emotioneel herstel speelt ook financieel of materieel herstel hier een rol. Mediation kan op verzoek van de advocaat of de rechtbank worden ingezet, zolang nog geen uitspraak is gedaan in de strafzaak en beide partijen hiermee instemmen. Indien deze gesprekken tot een overeenkomst tussen beide partijen leiden, kunnen deze worden opgenomen in een overeenkomst. Op grond van lid 2 van artikel 51h Sv zal de rechter bij het opleggen van een eventuele straf rekening houden met de inhoud van de overeenkomst. Indien de procedure nog niet was gestart zal de officier in dat geval waarschijnlijk zelfs afzien van vervolging.

Voor minderjarigen die een licht vergrijp plegen bestaat eveneens afdoening van de zaak via Bureau Halt. De mogelijkheid daartoe wordt geboden in artikel 77e Sr, dat vermeldt dat een dergelijke straf maximaal twintig uur kan duren en zich toespitst op bepaalde strafbare feiten. Deze zijn uitgewerkt in het zogeheten Besluit aanwijzing Halt-feiten en omvatten voornamelijk lichtere vergrijpen. Als de jeugdige delinquent naar behoren heeft deelgenomen aan het project vervalt het recht tot strafvordering.

Enorme groei

Het is niet verwonderlijk dat er in jeugdzaken steeds meer gebruik wordt gemaakt van mediation. Het kabinet heeft in 2018 namelijk drie ton extra vrij gemaakt voor bemiddeling in jeugdstrafzaken, zodat in iedere afzonderlijke zaak gekeken kan worden of deze geschikt is voor een bemiddelingsgesprek. Het aantal toegepaste mediations in jeugdstrafzaken is daarom toegenomen van 53 in 2018, tot 112 in 2020. Het slagingspercentage is eveneens uitzonderlijk hoog, in maar liefst in 96 procent van de zaken werd dit jaar overeenstemming bereikt.

De achtergrond van deze aanpak is de pedagogische benadering van het jeugdstrafrecht. De beslissingen tegen de jonge verdachte dienen erop gericht te zijn heropvoeding te stimuleren en daarmee recidive en een mogelijke toekomstige criminele carrière te voorkomen. Door middel van mediation kunnen zij verantwoordelijkheid nemen voor hun acties en daarmee hopelijk leren van hun gemaakte fouten.

Deze benadering lijkt dus zijn vruchten af te werpen. Ik voorspel daarom zomaar dat het aantal vacatures bij gerechtelijke mediationbureaus deze stijgende lijn zal volgen!

 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven