De Hoge Raad heeft – eindelijk – haar oordeel gegeven over de toelaatbaarheid van EncroChat en SkyECC

Het komt inmiddels in veel vaste strafrechtelijke jurisprudentie tijdens de studie voor, maar hoe zit het nou met de toelaatbaarheid van EncroChat en SkyECC in strafzaken?

Delen:

beeld: Depositphotos

Geldt het ‘beginsel van wederzijds vertrouwen tussen lidstaten’ ook als er nauw is samengewerkt tussen Nederland en Frankrijk bij een grensoverschrijdend digitaal onderzoek in een gezamenlijk onderzoeksteam? Mag de Nederlandse rechter ervan uitgaan dat een onderzoeksmethode in het buitenland rechtmatig is gebruikt en dat op de onderzoeksresultaten kan worden vertrouwd, zolang de rechter van de andere betrokken staat geen andersluidende einduitspraak heeft gedaan?

Het wederzijds vertrouwen tussen lidstaten

De Hoge Raad antwoordt dat het beginsel van wederzijds vertrouwen tussen staten in deze context wel van toepassing is. Ten eerste betekent dit dat beslissingen van autoriteiten in het buitenland die ten grondslag liggen aan in het buitenland verricht onderzoek, door de Nederlandse rechter in de Nederlandse strafprocedure moeten worden gerespecteerd. Er moet dus van worden uitgegaan dat de betreffende onderzoeken door de autoriteiten in het buitenland rechtmatig, dat wil zeggen in overeenstemming met de wetten van de betreffende buitenlandse staat, zijn uitgevoerd. De Nederlandse strafrechter hoeft alleen rekening te houden met de wijze waarop de resultaten van het onderzoek in het buitenland zijn verkregen als de wijze van verkrijging relevant is voor de beoordeling of het gebruik van die resultaten als bewijs verenigbaar is met het beginsel van een eerlijk proces. Ten slotte moet de Nederlandse strafrechter ervan uitgaan dat het onderzoek in het buitenland op zodanige wijze is verricht dat op de resultaten ervan kan worden vertrouwd. De Nederlandse rechter is slechts gehouden de betrouwbaarheid van de resultaten nader te overwegen indien concrete aanwijzingen bestaan voor het tegendeel. 

Bij de beantwoording van de vragen heeft de Hoge Raad ook nader stilgestaan bij de machtigingen die het OM in de voorliggende zaken heeft gevraagd aan de rechter-commissaris. De Hoge Raad wijst erop dat het vragen van machtigingen waarborgen schept die van belang zijn voor de wijze waarop gegevens uit grote databestanden worden geselecteerd, de mogelijkheden om dat selectieproces te toetsen en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van betrokkenen.

 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven