Hoe dit heeft kunnen gebeuren, is niet duidelijk. Het OM spreekt van een ‘administratieve fout’ die het hof heeft gemaakt. Bij de beëdiging is een verkeerde tekst gebruikt: de tekst wordt uitgesproken bij de beëdiging van ‘gewone’ medewerkers. Die tekst wijkt af van de eed die raadsheren en advocaten-generaal moeten afleggen. Deze werken in de teams strafrecht en belastingrecht. Niet in alle gevallen is de verkeerde tekst gebruikt. Enkelen zijn beëdigd door een voorzitter die zelf verkeerd was beëdigd, en dan is de beëdiging van collega’s niet geldig.
Dubbelcheck
Inmiddels zijn zestien raadsheren herbeëdigd, deze keer met de juiste eed. Enkele anderen moeten nog worden beëdigd en dat zal gebeuren vóór hun eerstvolgende zitting. Het hof heeft tegelijkertijd de werkwijze bij de beëdiging tegen het licht gehouden en aangepast. Zo wordt een dubbelcheck ingevoerd. Daarmee moet in de toekomst herhaling van een onjuiste beëdiging worden voorkomen.
Ook zeven advocaten-generaal
Het Openbaar Ministerie heeft ontdekt dat door deze ‘administratieve fout’ ook zeven advocaten-generaal (officieren van justitie in hoger beroep) verkeerd zijn beëdigd. Die zijn waarschijnlijk beëdigd door een raadsheer die zelf verkeerd was beëdigd. Het OM spreekt van een ‘mankement dat in lopende zaken te herstellen is’.
Gevolgen
Het hof is nagegaan welke rechtszaken door de betreffende raadsheren zijn of worden behandeld. Het kan mogelijk gevolgen hebben voor zaken waarin bij de Hoge Raad cassatie is ingesteld of nog kan worden ingesteld. Partijen die het aangaat, worden zo spoedig mogelijk persoonlijk op de hoogte gesteld. Zaken waarin cassatie niet meer mogelijk is, zijn onherroepelijk. Deze betreft het dus niet.
‘Pijnlijk’
Rinus Otte, lid van het College van procureurs-generaal laat weten het ‘pijnlijk’ te vinden dat bij verdachten, slachtoffers, nabestaanden en andere betrokkenen wier zaak nog niet onherroepelijk is, onrust kan ontstaan. Hij gaat er wel vanuit dat een onregelmatigheid in de tekst van de eed de berechtingen intact laat.
Excuses
President Gerard Tangenberg van het Bossche hof benadrukt ook de onzekerheid die kan ontstaan voor procespartijen, slachtoffers en nabestaanden over de geldigheid van de uitspraak. “Het bestuur is zich hiervan zeer bewust en we bieden alle betrokkenen onze excuses aan. Belangrijk is dat we maatregelen hebben genomen om onvolkomenheden als deze in de toekomst te voorkomen.”