Niet iedereen vindt afdracht van belasting vanzelfsprekend. Een bont gezelschap van Tea party-goers, (andere) populisten, anarchisten, liberalen, fiscalisten, filosofen, bankiers en gewonere burgers beschouwt belastingdruk als moderne slavernij. Wat mensen met eigen werk hebben verdiend wordt immers onder dwang weer afgenomen. Tenminste, zo wordt het ervaren. Argumenten in de trant van: zonder belastinggeld zijn er geen openbare diensten om tenminste veiligheid, orde en voorspoed te waarborgen, of: belastingheffing dient om al te grote ongelijkheden in inkomen en vermogen tegen te gaan, vinden in de kringen geen weerklank. De contribuabele heeft immers niet gekozen voor die openbare diensten. Wie iets wil hebben of genieten kan dat kopen op de vrije markt, zo wordt gesteld. En waar zijn de maatstaven van eerlijke verdeling? Is maatschappelijke rechtvaardigheid niet eerder of eigenlijk uitsluitend dat mensen krijgen wat zij verdienen?
Ver ging de voorzitter van de Zwitserse bankiersvereniging. Pierre Mirabaud vergeleek de Duitse fiscus met de Gestapo (volgens Jean Ziegler, in Die Zeit van 30 december jl.). De Bondsrepubliek probeerde immers iets te doen aan het Zwitsers bankgeheim als dekmantel van belastingfraude en andere misdaad. Kennelijk heeft hij geen idee van wat de Gestapo eigenlijk was, nog afgezien van stilzwijgende bagatellisering van echte slachtoffers van het Nazi-regime. Zo’n man is de belichaming van de onzindelijkheid van obscene geldzucht als gevolg van infantiel-anale oriëntatie. (Eerder was die Abart al aan het licht gekomen in grootschalige verduistering van Jodengeld, inclusief gerichte vernietiging van archieven op grond waarvan zou moeten worden betaald. Verder mooi landje trouwens, Zwitserland.)
In Duitsland is filosoof Peter Sloterdijk – gevierd veelschrijver voor breder publiek – spreekbuis van anti-fiscale sentimenten. In ogenschijnlijk haarscherpe analyse van gangbare gronden ten gunste van belastingen komt hij tot de slotsom dat niets de dwang tot afdracht aan de staat kan rechtvaardigen. Zo kan het oude model van de heer die zijn lijfeigenen naar goed- of kwaaddunken uitbuitte niet meer gelden. Een Hobbesiaans sociaal contract waarin onderdanen hun rechten in ruil voor vrede en veiligheid aan de soeverein hebben afgestaan en onvoorwaardelijk gehoorzaamheid hebben beloofd kan hedendaagse belastingplicht evenmin rechtvaardigen. Herverdeling als grondslag voor belastingheffing is diefstal ten gunste van armen die hun lot zelf hebben verdiend of tenminste in eigen hand hebben. Zo weet Sloterdijk dat belasting eigenlijk dubbele belasting is en inderdaad niet moet worden betaald: de staat moet van andermans geld afblijven. Ofwel: belasting is dubbele belasting.
Beter is het om burgers te vragen vrijwillig geld af te staan. Gemeenschapszin zal mensen bewegen bij te dragen aan het nut van het algemeen. Rijken zullen het een eer vinden om af te dragen en ook armen kunnen hun steentje bijdragen. Aldus Sloterdijk, die lijkt te vergeten dat als mensen bereid zijn te betalen, er ook geen verkeerde belastingdruk kan zijn. Ook wordt nogal eens betaald zonder werkelijke stok achter de deur. Kennelijk vinden nogal wat mensen het niet erg om belasting te betalen. Als alleen zou worden afgedragen bij reële kans op executie zou de overheid nogal wat belastinggeld missen. Toch zullen Jean Mirabaud en zijn ondersoortgenoten eerder denken dat de anderen wel betalen en er naar handelen.
Ook afgezien daarvan gaan Sloterdijks argumenten mank. Weerlegging van argumenten ten gunste van een standpunt komt immers niet neer op weerlegging van dat standpunt. Dit is weer eens de drogredenering van beroep op onwetendheid, ofwel het argumentum ad ignorantiam. Er kunnen immers betere argumenten bestaan voor hetzelfde standpunt, al zijn die (nog) niet bekend. Nog vervelender voor Sloterdijks argumentatie is dat betere argumenten voor het betalen van belastingen allang bekend zijn.
Zo kan niet worden volgehouden dat de staat afneemt wat burgers zelf hebben verdiend. Uitbaters van wegrestaurants verdienen bij de gratie van wegennetten die niet anders dan uit belastinggelden kunnen worden bekostigd. Zo veel anderen komen aan “hun” geld door op andere en nogal eens onbewuste manieren gebruik te maken van een geweldig complex van voorgegeven omstandigheden dat met hetzelfde belastinggeld is betaald. De natuurtoestand is voorbij en dat is maar goed ook, hoeveel free riders de moderne staat en samenleving ook ten eigen nutte proberen uit te buiten.
Daarmee vervalt de eigenlijke vooronderstelling van Sloterdijks argumentatie voorgoed. Contribuabelen geven niet onder dwang af wat zij zelf hebben verdiend. Integendeel: zij geven iets terug van wat zij van de staat hebben gekregen. Ten onzent ging Hofstra zelfs zo ver te stellen dat (bijvoorbeeld) het genieten van inkomen niets anders is dan het beschikken over tijdelijk “geparkeerd” geld weg van de overheid en bij de burger.
Ook tegen deze inderdaad nogal radicale argumentatie is wel wat in te brengen. Zo kan de ene burger beter gebruik maken van voorgegeven mogelijkheden dan een andere. Kan dan worden volgehouden dat hij niets meer heeft verdiend dan wie heeft stilgezeten? Toch is het hoofdpunt duidelijk. Zonder belastingen die overheden in de lucht houden kan helemaal niets worden verdiend. Sterker nog: elke competitie anders dan totale oorlog vooronderstelt een achtergrond van vrede, veiligheid, orde en samenwerking die inderdaad niet zomaar uit de lucht komt. Darwin heeft al uitgelegd dat survival of the fittest alleen mogelijk is in geregelde samenleving die mede wordt gedragen door belangeloos gedrag. “Neo-darwinisme” als schaamlap van graaikapitalisme is inderdaad niets anders dan milking the system.
Sloterdijk maakt evenmin woorden vuil aan verschillende belastingen. Nogal wat fiscalisten en anderen pleiten al jaren voor vervanging van alle belastingen door omzetbelasting. Afgezien van andere goede redenen er toe heeft omzetbelasting het principiële voordeel dat niet wordt “afgepakt” wat “zelf is verdiend” (voor zover dat punt hoe dan ook hout snijdt). Als die omzetbelasting uiteindelijk wordt betaald door eindverbruikers (onder andere doordat fabrikanten hun eigen omzetbelastingkosten bij die eindverbruikers in rekening kunnen brengen), dan is er strikt genomen niet langer meer een echte belastingplicht. Burgers kunnen er immers voor kiezen om minder of niets te kopen. In ieder geval kunnen zij er voor kiezen om minder belasting te betalen door minder te kopen. Ook “voelt” omzetbelasting minder als belasting, omdat eindverbruikers niet zelf moeten afrekenen. Eerste levensbehoeften kunnen lager worden belast dan luxe waren en zo is er nog meer. Bovendien kan omzetbelasting minder fraudegevoelig zijn.
Er komt nog eens bij dat Sloterdijk voor een deel al zijn zin heeft gekregen. Privatisering betekent immers dat de staat zich terugtrekt ten gunste van de vrije markt. Dan wordt geen belasting meer betaald, maar worden goederen en diensten ingekocht. De menselijke en maatschappelijk prijs die daarvoor wordt betaald is een andere kwestie. Wie daarover wil nadenken zou deze winter in de trein moeten gaan zitten. Soms kom je dan ergens, met hulp van de “bedrijven” die het spoor proberen uit te baten, met reizigers als hinderlijke bijkomstigheid. Ofwel: de winst wordt geprivatiseerd, de verliezen worden gesocialiseerd. Wie weet zou Sloterdijk het er wel mee eens zijn.
Sloterdijks dubbele belasting bestaat niet, ook al kan veel beter. Zo blijkt weer eens dat academische studeerkamerfilosofie niet overal goed voor is. – Uw academisch misvormd columnist zal het in gedachten houden.
(Bronnen zijn te vinden via: http://habermas-rawls.blogspot.com/2009/11/links-to-sloterdijkhonneth-debate.html. Nog feller keert Axel Honneth zich tegen Sloterdijk, op nog andere gronden. Persoonlijke aanvallen worden niet uit de weg gegaan: zie voor nut en nadeel daarvan mijn vorige bijdrage.)