Het homohuwelijk in de West (the revival)

Delen:

In 2007 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat artikel 40 Statuut naar zijn strekking meebrengt dat de rechtskracht van authentieke akten die in Nederland, de Nederlandse Antillen of Aruba zijn verleden, in alle delen van het Koninkrijk gelijk is. Dit betekent volgens de Hoge Raad dat alle delen van het Koninkrijk binnen hun eigen rechtsorde de rechtskracht, en daarmee de rechtsgevolgen, van elkaars authentieke akten moeten aanvaarden, ook als die rechtsgevolgen niet aansluiten bij de plaatselijke opvattingen.

Wie denkt dat met deze uitspraak is komen vast te staan dat de rechtsgevolgen die in Nederland worden toegekend aan een huwelijk gesloten tussen twee personen van hetzelfde geslacht, in de Antillen en Aruba onverkort worden aanvaard, komt bedrogen uit. Het Gemeenschappelijk Hof van de Nederlandse Antillen en Aruba heeft op 18 juni 2009 (als hoogste instantie) een uitspraak gedaan die bij de voor- en tegenstanders van het homohuwelijk in de West de nodige emoties heeft losgemaakt. In essentie komt het erop neer dat volgens het Hof het Nederlandse huwelijk op grond van artikel 40 Statuut moet worden erkend in de Nederlandse Antillen, maar dat dit niet tot gevolg heeft dat alle rechtsgevolgen die worden toegekend aan een huwelijk tussen een man en een vrouw, ook toekomen aan gehuwde personen van hetzelfde geslacht.

Groot was de euforie in politiek Willemstad na deze uitspraak. Nederland moet zich niet mengen in een Antilliaanse discussie over het homohuwelijk omdat dit een autonome aangelegenheid betreft, zo stelt de Antilliaanse Minister van Volksgezondheid en Sociale Ontwikkeling. Volgens haar heeft het Hof dit met deze uitspraak onderkend. Dit laatste valt te betwijfelen, al was het maar omdat dit zelfs met de beste wil niet in de omstreden motivering van het Hof kan worden gelezen. En gezien de conclusie die zij verbindt aan de uitspraak valt ook het eerste te betwijfelen. Door onder het mom van autonomie op zo’n flagrante wijze de mensenrechten te schenden kan niet anders dan worden geconcludeerd dat Nederland zich in deze discussie juist wel dient te mengen nu duidelijk is dat de bestuurders van dit land het met de mensenrechten niet zo nauw nemen.

Daarbij moet overigens een kanttekening worden geplaatst, want daar waar de discussie zich toespitst op het Nederlanderschap waait de politieke Noord-Oost passaat opeens vanuit een heel andere hoek. Het onderscheid dat de (in Nederland in de maak zijnde) Rijkswet personenverkeer maakt tussen Nederlanders op grond van hun afkomst riekt volgens de Antilliaanse politici naar Dutch Apartheid en is door de Staten unaniem afgewezen omdat deze in strijd zou zijn met het beginsel dat alle mensen gelijke rechten hebben. Een toch wel merkwaardig standpunt van politici die niet (willen) inzien dat het eenzelfde beginsel is dat wordt geschonden door stelselmatig onderscheid te maken tussen gehuwde hetero- en homoparen.

Hoe nu verder? Voor wat betreft de BES-eilanden heeft de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties al aangekondigd de wetgeving te zullen aanpassen, waardoor een in Nederland gesloten homohuwelijk daar binnenkort dezelfde rechtsgevolgen heeft als in Nederland. Voor wat betreft de overige eilanden kan ik alleen maar hopen dat ze straks met het verkrijgen van de ‘landstatus’ het Calimero-complex zullen ontgroeien en eindelijk onder ogen durven zien waar het hier werkelijk om gaat.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven