Hoge Raad: euthanasie toegestaan bij vergevorderde dementie

Delen:

Op 21 april jl. deed de Hoge Raad uitspraak over euthanasie die was verleend aan een wilsonbekwame patiënt met vergevorderde dementie. Het is de eerste keer dat de hoogste rechter zich uitspreekt over euthanasie.

Het ging in deze zaak over een onduidelijke wilsverklaring van een mevrouw. De 74-jarige vrouw leed aan een erfelijke vorm van dementie. Mevrouw had aangegeven dat ze bij ernstige dementie euthanasie wilde laten plegen en zich niet in een verpleeghuis wilde laten behandelen. Aan de andere kant was ze zo verward, dat ze ook vaak zei dat ze ‘nog niet’ dood wilde. Ze was alleen niet meer honderd procent in staat om dat voor zichzelf te bepalen. Enkele weken nadat de vrouw was opgenomen in het ziekenhuis, vond de euthanasie plaats.

De medische tuchtrechter oordeelde eerder in dezelfde zaak dat de wilsverklaring van de vrouw niet duidelijk genoeg was om op basis daarvan euthanasie te laten plegen. De Hoge Raad was het hier niet mee eens en vernietigde de waarschuwing die zij aan de arts in kwestie hadden opgelegd. Volgens de medische tuchtrechter was er sprake van een onduidelijke wilsverklaring, maar de Hoge Raad stelde vast dat er naast de exacte letter van de wilsverklaring gekeken moet worden naar ‘omstandigheden waaruit de bedoeling van de patiënt kunnen blijken’.

Op het moment dat je als patiënt zijnde niet meer duidelijk je wil kunt uiten, is het voor artsen nu toegestaan om de euthanasie te verlenen op grond van een eerder gegeven schriftelijke wilsverklaring. Ook zonder herbevestiging van de patiënt dus. Het is hiervoor wel vereist dat de patiënt in kwestie uitzichtloos en ondraaglijk lijdt en dat er twee artsen worden geraadpleegd. Dit ‘ondraaglijk lijden’ kan zich volgens de Hoge Raad nu dus ook voordoen op het moment dat de patiënt zich in een stadium verkeerd dat hij alvorens in een schriftelijke verklaring had aangemerkt als ondraaglijk lijden.

Dit is een erg belangrijke uitspraak, aangezien het mogelijk is geworden dat artsen mensen met vergevorderde dementie ‘uit hun lijden verlossen’.  Daarnaast heeft de Hoge Raad benadrukt dat de strafrechter zich terughoudend moet opstellen. Zaken als in het onderhavige geval dienen beoordeeld te worden door de tuchtrechter en de Regionale Toetsingscommissies Euthanasie. Zij moeten beoordelen of de arts al dan niet heeft voldaan aan de vereiste zorgvuldigheidsnormen. Het strafrecht is in dergelijke gevallen niet de juiste oplossing, aldus de Hoge Raad.

Voor de arts in kwestie heeft de recente uitspraak geen gevolgen. Het Openbaar Ministerie ging in cassatie in het belang der wet.

 

 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven