In 2022 nam het Openbaar Ministerie in totaal 417 discriminatiefeiten in behandeling, 68 minder dan in 2021, zo blijkt uit het rapport Cijfers in Beeld 2022.
Wetboek van Strafrecht
In het rapport worden de aard en omvang van de discriminatiefeiten die het afgelopen jaar bij het OM binnenkwamen beschreven. Deze cijfers geven dus niet weer hoeveel discriminatie-incidenten daadwerkelijk hebben plaatsgevonden in 2022.
Het OM behandelt alleen de vormen van discriminatie die strafbaar gesteld zijn in het Wetboek van Strafrecht. Hierbij gaat het om specifieke discriminatiefeiten en om feiten waarbij een discriminatieaspect meespeelt, zoals mishandeling.
Groepsbelediging
Bij de discriminatiefeiten die het OM in 2022 in behandeling nam, ging het 144 keer specifiek om discriminatie. Bij de andere 273 feiten speelde discriminatie een rol.
Net als de voorgaande jaren ging het bij de specifieke discriminatiefeiten in de meeste gevallen groepsbelediging (artikel 137c Wetboek van Strafrecht): met 100 geregistreerde feiten vormden deze 69 procent van het totaal. In 17 procent van de feiten betrof het aanzetten tot haat, geweld of discriminatie (artikel 137d Wetboek van Strafrecht).
Bij de overige discriminatiefeiten ging het vooral om belediging van een individu (67 procent).
Antisemitisme
Bij beide type feiten werd discriminatie op grond van ras het meest geregistreerd (respectievelijk 41 en 46 procent), maar dit daalde wel licht ten opzichte van 2021. Dat was eveneens het geval bij discriminatie op grond van hetero- of homoseksuele gerichtheid (6 en 31 procent). Antisemitisme daarentegen werd vaker gemeld dan in 2021: dit werd bij 39 respectievelijk 10 procent van de feiten genoemd.
De meeste feiten werden geregistreerd bij het parket Amsterdam, daarna volgt Rotterdam.
Afdoening
Er werd door het OM in 2022 over 171 specifieke discriminatiefeiten een beslissing over de afdoening genomen (hierbij zitten ook feiten die voor 2022 zijn binnengekomen). In 26 procent van deze gevallen werd de verdachte gedagvaard, in 7 procent legde het OM een strafbeschikking op en in 54 procent werd de zaak voorwaardelijk geseponeerd.
Van de 273 feiten waarbij discriminatie een rol speelde werd in 129 gevallen een afdoeningsbeslissing genomen.
25 jaar
Het rapport is opgesteld door het Landelijk Expertisecentrum Discriminatie van het OM, dat dit jaar 25 jaar bestaat. In zijn voorwoord spreekt het hoofd van het expertisecentrum, officier van justitie Willem Bijkerk, het vermoeden uit dat dat de belangstelling voor het onderwerp discriminatie in het algemeen en de behandeling van discriminatiezaken door het OM in het bijzonder, de afgelopen 25 jaar is toegenomen. Terecht, schrijft hij, “want het kan niet vaak genoeg worden gezegd: ieder mens moet zich een volwaardig burger weten en voelen en gevrijwaard blijven van discriminatoire uitlatingen en handelingen. Ook de komende 25 jaar.”