Een welkom voor de nieuwe CIO van de rechtspraak
De rechtspraak heeft een nieuwe CIO, een Chief Information Officer. Frits Bakker, voorheen president van de rechtbank Den Haag, is als nieuw lid van de Raad voor de Rechtspraak verantwoordelijk voor de informatietechnologie. Toen ik hem in de trein trof was hij op zijn iPad email aan het lezen, en de laatste keer dat ik hem zag hield hij een toespraak via videoconferencing. Voor een CIO is dat gebruik van technologie positief te waarderen, maar voor een meer persoonlijk woord van welkom voldoet het niet. Daarom langs deze toch wat onsympathieke weg, een woord van welkom voor de nieuwe CIO.
Beste Frits, via een Haagse tam-tam hoorde ik dat de Haagse hoofdofficier van justitie bij je afscheid waarschuwde dat je mijn advies in het juninummer van Trema ter harte moest nemen: zorgen dat de rechters betrokken zijn bij de ontwikkelingen rond de IT. Dat is geen slecht advies, maar in Nederland is die betrokkenheid behoorlijk goed geregeld. Mijn Trema-artikel (ik kan er geen link naar opnemen want het is een papieren betaal-tijdschrift waar alleen abonnees bij kunnen) gaat over de IT die in de rechtspraak in de verschillende landen van Europa wordt gebruikt, en over wat de rechters daarvan vinden. Er blijkt onder rechters opvallend veel angst te bestaan over de gevolgen van invoering van IT. Mijn artikel betoogt dat het waarschijnlijk zo is dat de rechters kopschuw worden wanneer ministeries van justitie die zonder iets te vragen IT invoeren en de procesvoering verschralen, en dan de winst in hun eigen zak steken. Er zijn genoeg voorbeelden in Europa te vinden van landen waar de ministeries over de IT voor de rechtspraak gaan, en ik ken maar weinig rechters die daar blij van worden. Nederland geeft met een CIO die rechter is en lid van de Raad voor de Rechtspraak het goede voorbeeld.
De CIO heeft als voornaamste rol het nemen van beslissingen. Volgens een Utrechtse tam-tam zit dat wel goed. Cap-Gemini heeft een paar jaar geleden 395 CIO’s van alle grote wereldspelers geïnterviewd over hun ervaringen. Volgens het onderzoek doet een bedrijf met een CIO die IT begrijpt het beter. Leiderschap is belangrijk. De CIO’s vonden de grootste uitdaging voor hun leiderschap te zorgen dat de mensen die het werk doen IT zien als iets dat ze helpt. Anders worden ze kopschuw – dat zagen we al. Daar is nog wel wat werk te doen, want op de werkvloer herinneren mensen zich nog flink wat vertragingen en de mislukkingen. De IT die wij nu gebruiken werkt in het algemeen heel behoorlijk, en daardoor krijgen de mensen die het werk doen een positiever beeld van de IT. Op de uitzonderingen kom ik hieronder nog terug.
Die CIO-functie blijkt ook goed te werken, en toen we die functie tien jaar geleden bedachten hadden we dat al gehoopt. Kijk maar eens hoe veel mensen binnen de rechtspraak zich nu bezig houden met het ontwikkelen van tools die de rechtspraak zelf verbeteren. In juni was er een bijeenkomst, De Rechtspraak gaat Digitaal, bij het afscheid van je voorganger Joost van Dijk. Daar was een Haagse collega die het familie roljournaal presenteerde. SSR werkt aan een digitale leeromgeving voor de opleidingen. Bij strafrecht is er inmiddels een digitaal dossier, en bij bestuursrecht wordt eraan gewerkt. Die dossiers zijn ontwikkeld door degenen die er zelf mee werken. Eind augustus was er alweer een bijeenkomst, dit keer over het Nieuwe Werken, actueel door de herindeling van de gerechtelijke kaart. Toen ging het vooral over digitaal communiceren voor de mensen die straks niet meer in hetzelfde gerechtsgebouw werken. We hebben kennissystemen die anderen ook graag zouden willen hebben. Onze informatiesystemen voor zaaksregistratie moeten trouwens nodig naar het museum. We hebben veel nagedacht over vernieuwing in de procesvoering, zoals de civiele comparitie en de nieuwe zaaksbehandeling. Wat de vernieuwing nog tegenhoudt is het ontbreken van informatiesystemen die het case management kunnen ondersteunen.
Doe je voordeel met wat anderen in dezelfde branche aan het ontwikkelen zijn, zeggen de CIO’s uit het onderzoek van Cap-Gemini. Dat betekent: kijken wat ze in de advocatuur doen, bij het OM, maar ook bij andere repeat-players zoals de lokale overheden, de rechtsbijstandverzekeraars, sociale verzekeringsinstellingen en noem maar op. De vernieuwing speelt zich op dit moment vooral af in de interactie met de klant. Dat geldt ook bij de voorlopers in de rechtspraak in Europa. De ontwikkeling gaat van eenzijdige informatieverschaffing naar steeds sterkere vormen van interactie. Leuk voorbeeld daarvan is het winnende idee in de ideeënwedstrijd voor rechtspraakdigitalisering van deze zomer, waar jij die prijs voor uitreikte. Het idee gaat over een landelijke digitale zittingsagenda, vooral ook handig voor advocaten. Misschien zouden advocaten niet te snel moeten juichen, want van idee tot uitvoering duurt ook in de digitale wereld al gauw tien jaar. Misschien kunnen we ze toch al eerder blij maken, bijvoorbeeld met email in plaats van papieren brieven.
Kijk vooral ook over de grens. In de VS hebben ze al veel langer geleerd van hun fouten. Het National Center for State Courts (NCSC, @StateCourts) in de VS is de wereldleider en de moeder van alle denktanks voor IT in de rechtspraak. Bij Harvards Berkmancenter (@berkmancenter) wordt nagedacht over het opleiden van de juristen van de toekomst. De best geïnformeerde netwerker die ik ken is Robert Richards. Hij werkt aan de universiteit van Pennsylvania in de VS. Zijn tweets (@richards1000) zijn een van mijn beste bronnen voor nieuwe informatie over IT-ontwikkelingen in de rechtspleging. Ga hem volgen op Twitter, en je leert elke dag iets nieuws. Want dat is het leuke van IT, het verveelt nooit want het verandert waar je bij staat. Ik wens je veel plezier.