Mr. van de week: Roland Mans over het dienstbaarheidsbeginsel

Delen:

Foto: vanState Advocaten

Mr. van de week is Roland Mans (1969), als advocaat verbonden aan vanState Advocaten in Amsterdam. In een blog verbaasde hij zich over de introductie van het dienstbaarheidsbeginsel door de Centrale Raad van Beroep.

Een nieuw beginsel van behoorlijk bestuur? Wat behelst dat dan?
Niet nieuw, want het bestaat al in het Unierecht, maar dankzij de Centrale Raad van Beroep (AB 2018/90) en het College van Beroep voor het bedrijfsleven (AB 2018/58), het tijdschrift AB en de voortreffelijke annotator R. Ortlep, wel een noviteit in Nederland. Het beginsel heeft de betekenis ‘dat het bestuur moet proberen de burger te begeleiden, te helpen en van dienst te zijn, te ondersteunen en vriendelijk en beleefd te bejegenen, en dus langdurige en omslachtige procedures moet vermijden, waardoor zowel de burger als de ambtenaar tijd en moeite bespaart’.

Nu is het definitief doorgedrongen in het Nederlandse recht?
Dat hoop ik. Ik zie uit naar de eerste uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak hierover. Naar ik aanneem is de introductie van dit beginsel in het reguliere overleg tussen de hoogste bestuursrechters aan de orde geweest.

Is het dan zo slecht gesteld met de dienstbaarheid door ambtenaren, dat dit een eigen beginsel rechtvaardigt?
Nee en ja. In mijn blog overdrijf ik natuurlijk vreselijk. Gelukkig is een groot deel van de ambtenaren in dit land zeer burgervriendelijk. Maar als advocaat maak ik relatief veel zaken mee waarin dat niet het geval is. Daarom denk ik dat het aantal onnodige bestuursrechtelijke geschillen veel kleiner zou zijn als de vaardigheid dienstbaarheid een absolute voorwaarde zou zijn voor het verkrijgen of behouden van een functie waarin een communicatieve en constructieve omgang met het publiek is vereist. En dat het goed is dat de rechter met dit beginsel in de hand onacceptabele (rechts)handelingen van bestuursorganen kan toetsen.

U roept rechters op om ook het dienstbaarheidsbeginsel te omarmen. Is de rechtspraak dan zo weinig dienstbaar?
Nee! Het beginsel richt zich op het bestuur. Wat ik bedoel is dat de rechters bestuurshandelingen wat mij betreft veel en ruim aan het dienstbaarheidsbeginsel gaan toetsen. Voorbeeld: als uit een dossier blijkt dat het bestuursorgaan structureel overleg heeft geweigerd, veroordeel dat orgaan dan in de kosten, ook al krijgt het inhoudelijk gelijk, zeker als aannemelijk is dat dat overleg tot een buitengerechtelijke oplossing had kunnen leiden. Als sommige rechters zelf tijdens een zitting of in een uitspraak (excessief) formalistisch zijn, lijkt mij interne correctie of, als de uitspraak zich daarvoor leent, hoger beroep aan de orde.

Als u het voor het zeggen had, dan?
Kwam er in de Algemene wet bestuursrecht een norm zoals de redelijkheid en billijkheid te staan dan wel een of andere hardheidsclausule, die de rechter zelfs contra legem zou kunnen toepassen. Regelmatig is een uitspraak in overeenstemming met het geldende recht en valt de bestuursrechter daarover geen verwijt te maken maar zegt het algemene rechtsbewustzijn dat een andere uitkomst rechtvaardiger zou zijn geweest.

Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?
Ik ben met mijn toenmalige kantoorgenoot Per van der Kooi ooit namens Fabricom (later Cofely en nu Engie) een actie uit onrechtmatige overheidsdaad gestart tegen de Nederlandse Staat. Wij deden de zaak bij de rechtbank en het hof. De twee cassatiezaken, die daaruit voortvloeiden, zijn door Jacques Sluysmans gewonnen. Dat was een supermooie zaak met een geweldige afloop voor de cliënt, waarin ik ook enorm heb genoten van onze samenwerking met Jacques.

Wat of wie is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?
Wat? De zoektocht naar rechtvaardigheid.
Wie? Mijn kantoorgenoten, maar ook confrères, collega’s en rechters als Geert-Jan Knoops, Liesbeth Zegveld, Tom Barkhuysen, Jacques Sluysmans en Jaap Polak.

Wat is over u niet bekend, wat wel interessant is?
Ik heb vier jeugdboeken voor kinderen van 10 jaar en ouder geschreven die door Lannoo (de eerste drie) en Leopold (het vierde) zijn uitgegeven: Het Verdwijnboek (2002), De Gele Trui (2003), De Uilenvlucht (2009) en Het Sleutelgeheim (2017).

Welke juridische website raadpleegt u vaak?
www.navigator.nl

Welk wetsartikel vindt u het mooist?
Artikel 21 van de Grondwet: ‘De zorg van de overheid is gericht op de bewoonbaarheid van het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu.’

Welk boek las u het laatst?
Napoleon de Grote van Andrew Roberts.

Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
Met mijn jeugdheld Peter Winnen, oud-wielrenner, collega-Limbo en alweer een behoorlijk tijdje schrijver.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven