De Rechtspraak maakte de verplichting, die per 1 januari 2026 ingaat, onlangs bekend middels een persbericht, nadat eerder al een aankondiging in het Staatsblad stond. Curatoren, bewindvoerders en andere wettelijke vertegenwoordigers die met ingang van het nieuwe jaar niet in staat zijn om elektronisch met de Rechtspraak te communiceren, voldoen niet langer aan de wettelijke eisen. Zij zijn dan niet meer benoembaar door de rechter.
Software
Curatoren, bewindvoerders, mentoren en andere professionele wettelijke vertegenwoordigers zijn zelf verantwoordelijk voor het aanschaffen en implementeren van passende software die digitale correspondentie met de gerechten mogelijk maakt, zo benadrukt de Rechtspraak. Lukt dat niet, of niet op tijd, dan verliest zo’n vertegenwoordiger zijn benoembaarheid.
De Rechtspraak raadt vertegenwoordigers aan om zorg te dragen voor een zogeheten system-to-system-koppeling, waarmee een beveiligde verbinding met de rechtbank tot stand kan worden gebracht. Bij alle rechtbank is hiervoor informatie en hulp beschikbaar. Een alternatief is het gebruik van een webportaal, maar dit brengt veel handwerk met zich mee en is daarom voor de meeste vertegenwoordigers inefficiënt en niet geschikt, zo laat de Rechtspraak weten.
Digitalisering
De overgang naar strikt elektronisch correspondentie past in de overkoepelende strategie van de Rechtspraak om steeds meer communicatie en procedures te digitaliseren. Zo werd in 2024 digitaal procederen mogelijk in een toenemend aantal zaaktypen. Tegelijkertijd bleek in januari van dit jaar dat er rondom digitale en hybride zittingen nog altijd de nodige problemen en knelpunten spelen die nog moeten worden opgelost.
