Roeland de Korte over wolf en recht

Mr. van de week is Roeland de Korte, jurist natuurbeschermings- en dierenrecht via Het Publieke Domein en op het moment in het bijzonder actief als ‘juridisch wolvenexpert’.

Delen:

Mrvdw Roeland de Korte (2)

Begin augustus bracht u een zomeressay naar buiten getiteld ‘Het evenwicht moet weer terug in de wolvendiscussie’. Waar zit de disbalans in het huidige debat?
“Enerzijds zijn instanties zoals de vereniging Natuurmonumenten, de provincies, het Interprovinciaal Overleg (IPO) en dergelijke het er allemaal over eens dat de wolf als zijnde een beschermd dier zoveel mogelijk met rust gelaten moet worden en het verblijf van de wolf in Nederland goed is voor de biodiversiteit, het ‘opruimen’ van ‘zwakke schakels’ in het dierenrijk en de resten van door een wolf aangevallen, aangevreten en dode hoefdieren en dergelijke tot voedsel kunnen dienen voor andere dieren, zoals de aasgier, de bunzing of de vos. Anderzijds doen er allerlei verhalen de ronde (al dan niet op sociale media) over de ‘gevaarlijkheid van wolven’. Een wolf is ‘niet gevaarlijk’. Dat slaat nergens op. Een wolf is mensenschuw. Een wolf mijdt liever mensen. Een wolf wordt pas agressief in het contact met een mens, als de mens zich agressief naar de wolf toe opstelt.”

Recent werd bekend dat in Drenthe ten minste tien jonge wolven rondwandelen. Hoeveel zou ons land kunnen huisvesten?
“Volgens wolvenkenners kunnen we in Nederland maximaal vijftig wolven aan. Er zouden nu circa vijfendertig wolven in Nederland verblijven.”

Als juridisch wolvenexpert lijkt u een gewilde niche te hebben gevonden. Hoe kwam dit specialisme op uw pad?
“Omdat ik in 2018 voor het eerst in een dagblad las dat ‘de wolf was teruggekeerd’. Een halfjaar later las ik hetzelfde bericht in een kwaliteitskrant: ‘Het definitieve verblijf van de wolf in Nederland is een gegeven’. Toen ben ik mij gaan omscholen tot juridisch wolvenexpert.”

Welke groepen doen zoal een beroep op uw expertise, en met welk type vragen?
“Veeboeren, vrijwilligersorganisaties, studenten en particulieren: het gaat meestal over de vraag of en zo ja, hoe gevaarlijk een wolf is. En een veeboer wil graag weten hoe de procedures er uitzien: hoe en bij wie dien je een aanvraag in om schadeloos gesteld te worden.”

Geen incidentenpolitiek maar een structureel plan, luidt uw pleidooi. Wie is als eerste aan zet?
“Het IPO doet al heel goed werk. De werkgroep Lupus (Latijn voor wolf), die valt onder het IPO, heeft een beleidsplan over wolven geschreven in 2019 en in april 2023 is een addendum in verband met ‘actuele wolvenaangelegenheden’ van de hand van deze werkgroep verschenen. In 2024 wordt dit enigszins verouderde plan door het IPO volledig herzien. Ook andere instanties doen goed werk, zoals Natuurmonumenten, de ‘denktank’ voor een verantwoord fauna- en natuurbeheer. IPO en Natuurmonumenten moeten gezamenlijk blijven optrekken, in goed overleg met andere wolveninstanties op uitvoerend en beleidsmatig niveau.” 

Naast jurist bent u tevens taalcoach én klarinettist. Betreft het drie geheel losstaande bezigheden, of zijn er raakvlakken?
“Taal is net als muziek. Je gebruikt vooral de rechterhersenhelft. De linkerhersenhelft is beter ontwikkeld bij bètamensen. Ik moet het hebben van de alfakant: taal, muziek en recht (dat is in feite ook taal).” 

Wat is uw drijfveer als jurist?
“Een nuttige bijdrage leveren aan de maatschappij. In dit geval een bijdrage leveren aan een zorgvuldige behandeling van en omgang met de wolf in Nederland. Dit in harmonie met de rest van de samenleving. Er is zeker plaats voor de wolf in Nederland, mits aan een paar randvoorwaarden wordt voldaan: het algemene belang van de openbare veiligheid in Nederland.”

Welk boek las u het laatst?
“Ik las voor het laatst het boek Wolf – De terugkeer van een jager van de auteur Roelke Posthumus. Zij is bioloog. Een prachtig boek over de achtergronden en het leven van de wolf. Een aanrader.”

Als u het voor het zeggen had…
“… dan zou ik wat de wolf betreft nauwlettend in de gaten houden hoe de wolvenpopulatie zich hier in Nederland gedraagt. Als het ‘de spuigaten uitloopt’ wat betreft de hoeveelheid wolven die in Nederland verblijft, dan zou ik niet aarzelen om passende maatregelen te nemen. Juridisch ligt dat heel lastig, omdat de wolf een beschermd dier is. En als je de wolf wilt verjagen, verstoren, verwonden of doden, moet je (telkens) een ontheffing bij Gedeputeerde Staten aanvragen. Ik zou in een geval van nationaal belang (er zijn echt te veel wolven in Nederland, die enorme schade aanrichten door grote aantallen schapen, geiten, hoefdieren etc. aan te vallen, aan te vreten en te doden) besluiten dat er een maximum wordt gesteld aan het aantal wolven dat we in Nederland aan kunnen. Dit, uiteraard in overleg en in samenwerking met de betrokken instanties, zoals Natuurmonumenten, het IPO, het Platform Wolven in Nederland, de Zoogdiervereniging etc. Maar ik zou wel, stel dat ik de verantwoordelijke minister zou zijn, de knoop doorhakken en een besluit nemen waar iedereen zich aan moet houden. Stel dat we in Nederland, na uitgebreid praktisch en wetenschappelijk onderzoek, ruimte blijken te hebben voor maximaal zeventig wolven, dan is mijn besluit: zeventig wolven en niet meer. De overige wolven zullen dan afgeschoten moeten worden.”

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven