Universitair docent Ruitenbeek belicht de letselschadepraktijk vanuit een ongebruikelijk perspectief: dat van de persoon die als veroorzaker van letsel wordt aangesproken. Meestal gaat de aandacht uit naar het slachtoffer. Ruitenbeek onderzocht hoe het is om degene te zijn die letsel veroorzaakt of daarvoor aansprakelijk wordt gesteld, en ze vroeg zich af wat letselschadejuristen kunnen leren van de ervaringen van veroorzakers.
Advocaat
Als advocaat behandelde Ruitenbeek, die van 2002 tot 2016 bij Pels Rijcken werkte, onder meer letselschadezaken. Wat haar daarbij opviel, is dat de vraag naar aansprakelijkheid (en een schadevergoeding) de boventoon voert en dat deze zaken vaak in de conflictsfeer blijven hangen. Het slachtoffer krijgt vooral te maken met een jurist van een verzekeraar en de veroorzaker staat meestal volledig buitenspel. Ze besloot onderzoek te gaan doen naar de positie van de veroorzaker.
Interviews
De promovenda deed onderzoek naar de juridische rol van de veroorzaker, en interviewde daarnaast veroorzakers van verkeersongelukken en artsen die betrokken waren bij een medische fout. Ze vroeg hen onder meer in hoeverre zij waren betrokken bij de afhandeling van de zaak en hoe zij die betrokkenheid − of de afwezigheid daarvan − hadden ervaren. Ook sprak ze met letselschadejuristen die te maken hebben met de afwikkeling van verkeersongevallen en (mogelijke) medische fouten.
Emotioneel zwaar
Ruitenbeek concludeerde dat de veroorzakers van een ongeval veel minder worden betrokken bij de nasleep ervan dan zorgverleners die te maken hadden met een medische fout. In beide gevallen kunnen veroorzakers in een emotioneel zware situatie terechtkomen; ze zijn opeens in een juridische strijd verwikkeld geraakt en bovendien kampt menigeen met gevoelens van schuld en schaamte en zou excuses willen maken, maar contact met de slachtoffers komt lang niet altijd tot stand. Ruitenbeek: “Dit staat erkenning en excuses vanuit de veroorzaker in de weg en bemoeilijkt het helingsproces voor betrokkenen.”
Ze pleit er in haar proefschrift dan ook voor om het contact tussen veroorzaker (arts of verkeersdeelnemer) en slachtoffer (patiënt of verkeersslachtoffer) meer te stimuleren. Wat haar betreft ligt daar een verantwoordelijkheid voor verzekeraars en andere professionals die zich bezighouden met de afhandeling van letselschadezaken, zoals de belangenbehartigers van het slachtoffer. “Als dergelijk contact goed begeleid wordt, kan het beide partijen helpen in het verwerkingsproces.”
Wie meer over het proefschrift wil weten kan dit magazine bekijken.