Straatje vegen

Delen:

Iets declareren betekent in ieder geval beweren dat de schuld ergens  anders ligt. Wie probeert al uitgegeven geld elders terug te halen, stelt tenminste stilzwijgend dat hij niet zelf voor de kosten hoeft op te draaien. “Het is zijn schuld niet” weerklonk dan ook uit vooraanstaand liberale kringen toen Verheijens declaratiegedrag aan het licht dreigde te komen. Allicht, anders had Verheijen ook niet gedeclareerd.

Tenzij het wél zijn eigen schuld was of zelfs die van anderen die al hadden betaald. Dan deed Verheijen zich valselijk voor als crediteur, ten koste van de staatskas. En verrijkte hij zich dubbel onrechtmatig, door vertering en genot die al door anderen waren betaald en door er ook nog onverdiend geld voor op te strijken.

Helemaal goed kwam Verheijen er niet mee weg. Tegen redelijke verwachting in ging de gehoopte winst- en verliesrekening niet op, hoe klein ook de pakkansen zijn in struikgewassen van declaraties, reglementen en usances in afhandeling van verzoeken om betaling. Publiciteit haalde een streep door Verheijens rekening.

Tenminste, zo was het ten tijde van dit schrijven. Ook een accountantsrapport vermocht Verheijen niet vrij te pleiten. Op verzoek van de provincie Limburg was nagegaan of declaratieprocedures niet al te liberaal waren gevolgd. Dat was gelukkig niet zo, al haastten de rekenmeester zich te vermelden dat hun rapport geen inhoudelijke, materiële toets bevatte. En dat was tenminste volgens NRC Handelsblad het tot dan toe onbesproken probleem. Zo bleef in de lucht hangen dat Verheijen kosten had gedeclareerd die niets te maken hadden met zijn statenlidmaatschap of die hij zelfs helemaal niet had gemaakt.

Tja. Aardig van de provincie dat zij probeerde Verheijen uit de wind te houden? Of was het rapport eerder een poging eigen straatjes schoon te vegen? Tot nu toe lijkt geen van beide goed te zijn gelukt. Wat in de tussentijd allemaal is gebeurd kan uw columnist nu nog niet weten, dus daarom maar even weg van de actualiteit, naar meer wijsgerige bespiegelingen.

Wat moet je doen als je toch tegen de lamp loopt met een schuld die je niet had mogen maken? Een oprecht berouwvolle zondaar zou alsnog zijn schuld willen delgen, alsof tenminste vanuit het standpunt van onrechtmatig benadeelden niets verkeerds is gedaan. Dus: alles terugbetalen, en vergoeding bieden voor alle kosten gemoeid met de afhandeling van de schaden. Dit is het beginsel van de schone lei. De dader kan zich van zijn schuld bevrijden door de gevolgen van zijn wangedrag zo goed mogelijk terug te draaien.

Straf is dan niet meer nodig, gegeven al die extra inspanning. Maar terug naar het ambt dan wel het beroep waarin valselijk was gedeclareerd? Misschien toch liever niet. Al is de schuld weg, maar het vertrouwen is daarmee niet terug. Wie weet probeert de gewezen schuldenaar het nog een keer, als de pakkans in de tussentijd niet groter is geworden. En ach, er zijn al dan niet tegen ruime vergoeding nog zo veel andere nuttige en opbouwende dingen te doen dan in Provinciale Staten of Tweede Kamers te zitten.

Zo ver was Verheijen nog niet. Ook deze dader bleef na betrapping kansen wegen. Net als zijn politieke omgeving, in de trant van: wat kunnen we doen om de vuile was binnen te laten hangen en als dat niet (helemaal) lukt die niet te veel te laten stinken? Zo kregen we inderdaad vooraanstaande liberalen die de zaak maar opgeblazen vonden. Ofwel: kijk vooruit en zie hoe je er zo goed mogelijk van afkomt. Dat was dus precies de houding waarmee de hele declaratie-affaire begon: “probeer de schuld ergens anders te leggen en zorg goed voor jezelf”.

Het is een liberale houding, dat wel. Als eigen vrijheid voorop staat, moet ik kunnen doen wat ik wil. Vanuit individueel gezichtspunt zijn regels en voorschriften die de gemeenschap beschermen niet meer dan hindernissen en soms hulpmiddelen als het om eigen gewin gaat. Vrijheid is voordeel! Bovendien zou een rechtgeaard liberaal met al die dwangmaatregelen nooit hebben ingestemd, dus waarom zou je je er aan houden?

Zo wordt de rechtsorde het struikgewas van de nieuwe natuurtoestand. Soms kun je er wat in ritselen, soms staat het in de weg, altijd gaat het er om dat je er zelf beter van wordt. Laat de sterksten winnen, als het meezit is dat ook goed voor het nut van het algemeen.

Samenhang met politieke beginselen kan Verheijens declaratiegedrag én de liberale bagatellisering er van (“opgeblazen”) dus niet worden ontzegd. Wél zijn diezelfde liberalen genadeloos als het gaat om uitkeringen die moeten worden terugbetaald, ook als de ontvangers er van volstrekt te goeder trouw waren of zelfs door het bevoegd gezag op het verkeerde been waren gezet. Hoe is dat te rijmen met liberale lofprijzing of tenminste tolerantie voor Verheijen-achtig gedrag?

Lastig zou je denken, maar liberaal beschouwd valt dat wel mee. Het is immers de schuld van die bijstandstrekkers zelf, die kennelijk niet handig genoeg zijn om in het struikgewas of eigenlijk oerwoud van regelgeving te overleven en er beter van te worden. Dit is natuurlijke selectie en bovendien: wie uitkeringen trekt laat alleen daarmee al zien dat hij niet goed meekomt. Sinds wanneer zijn wij ons broeders hoeder? Laat iedereen voor zichzelf zorgen en wie dat niet lukt heeft gewoon pech gehad.

Zo is Verheijens mislukte declaratiegedrag (“je kunt niet altijd winnen”) net als het wegwuiven er van volstrekt consistent met liberale beginselen. Zulke beginselen kunnen we dus missen. Als kiespijn.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven