Tijdelijke wet Transparantie Turboliquidatie: bescherming voor de schuldeisers?

Op 15 november 2023 is de Tijdelijke wet Transparantie Turboliquidatie in werking getreden. Turboliquidatie wordt de afgelopen tijd veel gebruikt om een rechtspersoon zonder baten snel te ontbinden. Ook is deze wet een terugkerend onderwerp bij het vak ondernemingsrecht. Ondanks de grote populariteit bestond al lange tijd de vraag of deze manier niet tot misbruik leidt. Met de Tijdelijke wet Transparantie Turboliquidatie heeft de minister van rechtsbescherming deze vraagtekens willen weghalen. Maar wat is er nu precies veranderd?

Delen:

beeld: Depositphotos

Het opheffen van de rechtspersoon kan op verschillende manieren. Zo kan met het vereffenen van het vermogen de rechtspersoon opgeheven worden. Ook met de aanvraag van het faillissement kan de rechtspersoon beëindigd worden. De afgelopen jaren is turboliquidatie een veel gekozen manier geworden om de rechtspersoon te beëindigen. Uit artikel 2:19 Burgerlijk Wetboek blijkt dat een rechtspersoon ophoudt te bestaan als er geen baten meer zijn. Vereffenen is bij deze manier dan ook niet nodig. Voor de praktijk is dit een populaire manier om de rechtspersoon te ontbinden. Het is namelijk goedkoop en makkelijk. Het besluit van de Algemene Vergadering is voldoende voor de turboliquidatie. De keerzijde van turboliquidatie was dat schuldeisers met lege handen achterbleven, omdat er geen bekendmakingsplicht en verantwoordingsplicht bestond. 

De achterliggende gedachte

Het doel van deze nieuwe wet is, zoals het in de naam staat, transparantie bieden. Een ander doel van deze wet is het beschermen van de schuldeisers. Bij turboliquidatie werden er voorheen namelijk enkele vraagtekens geplaatst. Zo was het onduidelijk of een turboliquidatie echt noodzakelijk was voor de rechtspersoon. Ook was het niet altijd even makkelijk om inzicht te krijgen in de manier waarop de turboliquidatie had plaatsgevonden. De Tijdelijke wet Transparantie Turboliquidatie beoogt hier een einde aan te maken. De schuldeisers van een rechtspersoon kunnen de bestuurders aanspreken indien zij niet betrokken zijn geweest bij de turboliquidatie.

De wijzigingen in de wet

De inwerkingtreding van de wet heeft tot een tijdelijke wijziging van Boek 2 Burgerlijk Wetboek, de Faillisementswet en de Wet op de economische delicten geleid. In Boek 2 Burgerlijk Wetboek is artikel 19b gevoegd. In artikel 2:19b lid 1 Burgerlijk Wetboek staat dat het bestuur de volgende stukken in het handelsregister moet deponeren:

  • een balans en een staat van baten en lasten met betrekking tot het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden en het voorgaande boekjaar als er op het moment van ontbinding over dat jaar nog geen jaarrekening openbaar is gemaakt;
  •  een beschrijving van:
      • de oorzaak van het ontbreken van baten op het tijdstip van de ontbinding;
      • indien aan de orde, de wijze waarop de baten van de rechtspersoon te gelde zijn gemaakt en de opbrengsten zijn verdeeld; en
      • indien aan de orde, de redenen waarom een schuldeiser of schuldeisers geheel of gedeeltelijk onbetaald zijn gebleven; en
  • de jaarrekeningen inzake de boekjaren die vooraf zijn gegaan aan het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden, indien daarvoor op grond van artikel 394 lid 3 van dit boek een plicht tot openbaarmaking bestaat waar nog niet aan is voldaan, in voorkomend geval inclusief de accountantsverklaring, bedoeld in artikel 393 lid 5.

Verder volgt uit lid 2 van artikel 2:19b Burgerlijk Wetboek dat het bestuur de deponering van deze stukken ook moet mededelen aan de schuldeisers. Opvallend hieraan is dat dit onverwijld moet plaatsvinden. Hiermee beoogt de wetgever om de schuldeisers te beschermen tegen misbruik. 

Een andere verandering voor boek 2 Burgerlijk Wetboek is dat artikel 2:19c Burgerlijk Wetboek is gevoegd. Dit artikel geeft de mogelijkheid tot het opleggen van een bestuursverbod. In de Faillisementswet is dit bestuursverbod nader uitgewerkt. Als de schuldeisers bij een turboliquidatie in de zin van artikel 2:19 lid 4 Burgerlijk Wetboek geheel of gedeeltelijk onbetaald worden gelaten, dan kan op grond van artikel 106a Faillisementswet aan de bestuurder van een rechtspersoon een bestuursverbod worden opgelegd. 

Het niet voldoen aan artikel 2:19b lid 1 Burgerlijk Wetboek heeft tot gevolg dat het op grond van artikel 1 onder 4 Wet op economische delicten als een economisch delict wordt aangemerkt. 

Tot slot

De Tijdelijke wet Transparantie Turboliquidatie kent een tijdelijk karakter van twee jaar. In beginsel, want hierin ligt ook de mogelijkheid tot verlenging besloten. De gedachte achter het tijdelijk invoeren van de wet is om zonder een wetswijziging deze wet snel in werking te laten treden. Hiermee wil de minister van rechtsbescherming (eventuele) misbruik voorkomen en rechtsbescherming bieden aan de schuldeisers van rechtspersonen. Of de Tijdelijke wet Transparantie Turboliquidatie een permanent karakter gaat krijgen, zien we de komende jaren. 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven