Tuchtrechtelijk proefproces: mag advocaat meer partijen in één strafproces bijstaan?

De Raad van Discipline Amsterdam deed onlangs uitspraak in een tuchtrechtelijk proefproces. Een advocaat trad voor zowel de van fraude verdachte winkeleigenaar op, als voor zijn werknemers die als getuige moesten worden gehoord in de strafzaak. De dekenklacht tegen de advocaat werd gegrond verklaard, zonder oplegging van een maatregel, omdat deze situatie als proefproces werd voorgelegd aan de Raad van Discipline.
beeld: Depositphotos

Het gaat in tuchtrechtelijke beslissingen tegenwoordig steeds meer over de kernwaarden. In dit geval (ECLI:NL:TADRAMS:2023:203) speelden de kernwaarden partijdigheid, onafhankelijkheid en geheimhouding een rol. Een eigenaar van een keten in souvenirwinkels werd verdacht van witwassen. De advocaat en een kantoorgenoot stelden zich in de strafzaak als advocaat voor deze verdachte. De kantoorgenoot stelde zich vervolgens ook als advocaat voor twee, later vier werknemers van de verdachte, die door de officier van justitie als getuigen waren opgeroepen.  De officier van justitie vond het optreden van dezelfde advocaten voor zowel de verdachte als getuigen niet met elkaar te verenigen en onthield op grond van art. 30 Sv het strafdossier aan de advocaat van de verdachte. Een daartegen gericht bezwaar werd ongegrond verklaard. 

Na een signaal van de officier van justitie verrichtte de deken onderzoek. Er volgde een dekenklacht. De deken vond het bijstaan van zowel de verdachte als de getuigen indruisen tegen de kernwaarde onafhankelijkheid, want daarmee wordt een tegenstrijdig belang gediend. Het voornaamste verweer van de advocaat was dat de visie van de deken en de officier van justitie indruiste tegen de vrije advocaatkeuze. 

De Raad van Discipline oordeelt dat het advocaten is toegestaan om meerdere verdachten – of andere spelers – in hetzelfde strafproces bij te staan, mits deze verdachten of andere spelers volstrekt parallelle belangen hebben en zich derhalve geen tegenstrijdig belang kan voordoen. Daarbij wordt verwezen naar jurisprudentie van de Raad en het Hof van Discipline (RvD Arnhem-Leeuwarden 25 januari 2021, ECLI:NL:TADRARL:2021:12 en Hof van Discipline 30 augustus 2021, ECLI:NL:TAHVD:2021:159). 

In dit geval nam de raad in aanmerking dat het werknemers betrof, die in een afhankelijkheidsrelatie tot hun werkgever staan en dat de werkgever hun advocaat betaalde. In zo’n geval kunnen de belangen niet volstrekt parallel zijn. Onder die omstandigheden moest de advocaat ervan uitgaan dat deze werknemers zich niet voldoende vrij zouden voelen om eventuele belastende verklaringen tegen hun werkgever af te leggen in het bijzijn van de advocaat van de werkgever. Gelet op nog een aantal andere omstandigheden vond de raad dat de advocaat tegenstrijdige belangen diende. 

Het optreden voor meerdere partijen in hetzelfde strafproces is altijd een heikele kwestie. De officier van justitie, de rechter-commissaris en de rechtbank kijken moeilijk. Is dit gewenst? Dat speelt bijvoorbeeld als hetzelfde advocatenkantoor de verdachte leider en lagergeplaatsten in een drugsorganisatie bijstaan. Dan ontstaat al snel het onderbuikgevoel dat de lagergeplaatsten met behulp van de advocaat in toom worden gehouden. Maar is dat terecht? Het beroep van advocaat is streng gereguleerd. Er is een vrije advocaatkeuze. De advocaat heeft wettelijke privileges. Privileges komen met grote verantwoordelijkheden. Overtreding van de beroepsregels wordt de advocaat zwaar aangerekend. Het is de eigen verantwoordelijkheid van de advocaat om te beslissen of  meerdere partijen in hetzelfde strafproces kunnen worden bijgestaan. Als blijkt dat de advocaat getuigen manipuleert, of informatie uit strafdossier van de ene verdachte aan de andere doorgeeft, dan de zal de deken optreden en dat gebeurt ook. 

Daarentegen is het vaak buitengewoon onpraktisch om voor iedere partij een andere advocaat in te zetten. Als er twintig werknemers van een bedrijf moeten worden gehoord als getuige in een heel technische zaak, dan kan het doelmatig zijn om de huisadvocaat dat te laten begeleiden met goede informatievoorziening zonder het strafrechtelijk onderzoek te verstoren. Doelmatig optreden is een nieuwe verplichting sinds de herijking van de gedragsregels in 2018. Toen is ook het verbod om contact te hebben met aangezegde getuigen van de wederpartij (toelichting Regel 22) opgeheven. Er wordt duidelijk uitgelegd dat de advocaat zich terughoudend dient op te stellen en dat beïnvloeding van de getuige niet is toegestaan (HvD 31 maart 2000, Advocatenblad 2000, p. 971). 

De vraag laat zich stellen of het enkele feit dat de getuigen werknemers zijn van de verdachte en het bedrijf hun advocaatkosten betaalt, voldoende is voor het aannemen van een tegenstrijdig belang, of dat er andere omstandigheden moeten zijn die ook een rol spelen. Wij zijn benieuwd of er hoger beroep wordt ingesteld. 

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven