Zeven jaar actieve rechters

Delen:

Camilo SchutteIn 2002 is het civiele procesrecht hervormd. Na zeven jaar denk ik dat vanuit de advocatuur hardop kan worden uitgesproken dat die hervorming niet op alle punten een succes blijkt.

Ik zeg dit zo voorzichtig omdat ik nooit een voorstander ben geweest van het geven van een actievere rol aan de rechter in het civiele procesrecht. Maar die actievere rol werd in 2002 gepropageerd onder de vlag dat het maar eens uit moest zijn met al die advocaten die met al hun spitsvondigheden en al hun irrelevante en verdraaide uiteenzettingen rechters verhinderen het recht te vinden en partijen belemmeren hun recht te krijgen. Nee, de rechter zou veel directer in dialoog met partijen moeten kunnen treden. Dan kan de partij zeggen wat hij nu écht wil en kan de rechter recht doen op de échte feiten. In die sfeer waren kritische tegengeluiden uit de hoek van de advocatuur per definitie suspect. Maar nu, zeven ervaringsjaren rijker, mag een kritische noot bij het verschijnsel van de ‘actieve rechter’ misschien wel.

De groeiende groep ‘actieve rechters’ beveelt steeds vaker als automatisch een comparitie, ook wanneer een gedaagde voor het eerst bij antwoord allerlei verweren opvoert die bij de eiser nog niet bekend konden zijn. Bovendien vermanen deze actieven de advocaten alvast tevoren hoe zij hun werk moeten doen: de advocaten mogen onder geen beding ‘pleiten’ tijdens de comparitie. Dat schijnt namelijk iets heel ergs te zijn. Wat er vervolgens tijdens de comparitie zal gebeuren, is volstrekt onvoorspelbaar, want iedere actieve rechter vult dat op geheel eigen wijze in. Daarvoor is hij kennelijk ook actief.

Voor de gematigd actieven is de comparitie een geordend debat tussen advocaten dat met enige vragen van de rechter en een kort laatste woord van partijen of hun advocaten wordt afgesloten, mits het p-woord niet valt. Minder gematigd actieven oefenen hun vaardigheden opgedaan tijdens bemiddelings- en communicatiecursussen of lezen partijen botweg de les (vgl. NJF 2009, 151). Maar dekking moet pas echt worden gezocht voor de ideologisch actieven. Voor hen is de comparitie het moment om zelf op onderzoek uit te gaan, gewapend met een spitsvondig vragenlijstje. Zij ondervragen partijen rechtstreeks en, nee, alleen de partij mag antwoorden. Partijen begrijpen vaak niets van de vragen omdat zij de (juridische) relevantie niet doorzien. Zij geven daarom niet het antwoord dat de rechter wil horen. Of de rechter begrijpt de partij verkeerd, omdat hij onvoldoende zicht heeft op de context van waaruit de partij antwoordt. Menige rechter laat niet na zelf in debat te gaan met partijen om zijn ‘voorlopige’ visie te ventileren.

Vooral dat contact met de justitiabelen zelf blijkt een bijna magische aantrekkingskracht te hebben op deze ideologisch actieven. Men ziet ze smullen: dit is hún kans eindelijk maatschappelijk relevant bezig te zijn met levensechte belangen. Dáárvoor zijn zij gaan werken bij het Rijk! Dat de weggewoven ‘repliek’ en ‘pleidooi’ verschijningsvormen zijn van ‘gehoord worden’ deert ze niet.

Het geeft te denken over de discussie over de verplichte procesvertegenwoordiging. Misschien was die wel niet bedoeld om rechters te beschermen tegen justitiabelen maar justitiabelen tegen rechters die op zoek zijn naar hun ‘day in court’?

Dr. mr. C.B. Schutte is advocaat bij Schutte Heide-Jørgensen advocaten te Amsterdam.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven