Een wonder in Straatsburg

Delen:

Ben jij van de IT in de rechtspraak? Nou dat lijkt me geen makkelijke klus. Een kennis van mij is rechter, en die moet er helemaal niets van hebben. IT in de rechtspraak? Ik sprak laatst een rechter op een borrel, en die is er heel erg tegen.

Een jaar of tien geleden waren dit soort reacties schering en inslag wanneer ik – al of niet op een borrel – vertelde dat ik iets deed met IT in de rechtspraak.

Het aantal rechters dat niets van IT moet hebben is sindsdien gestaag afgenomen. Mijn idee is dat het internet daar een grote rol in heeft gespeeld. Zo goed als iedereen emailt, met de kleinkinderen, op het werk. Het internet is een belangrijke bron van informatie geworden. Dat is bij rechters niet anders dan bij andere mensen.

De afgelopen tijd ben ik betrokken geweest bij een Europees advies over rechtspraak en IT. Een interessante exercitie. Een groep van vijftien rechters uit heel Europa maakten een concept advies voor de Raad van Europa over IT in de rechtspraak. De discussies gingen simultaan in het Frans en Engels. Raadkameren met z’n vijftienen, afkomstig uit heel verschillende rechtsculturen. En dat in twee talen met heel verschillende begrippenkaders. Voor heel veel Engelse begrippen bestaan in het Frans geen woorden, en sommige Franse begrippen zijn nauwelijk adequaat weer te geven in het Engels. Voor de meeste deelnemers is het een noch het ander de moedertaal. En dan gaat het ook nog over een onderwerp dat niet je expertise is. Als daar iets goeds uitkomt mag dat wel een wonder heten, en dat is het ook.

Oppervlakkige lezing van het document veroorzaakt niet meteen grote blijdschap. IT is mooi, maar de rechterlijke werkzaamheden en de eerlijke procedure mogen er niet door in gevaar komen. Dat gevaar wordt kennelijk aanwezig geacht.

Een anecdote als illustratie: iemand vertelde dat in Portugal tegenwoordig in de wet staat dat, als een getuigeverhoor op video wordt vastgelegd, het niet langer nodig is dat het verhoor door drie rechters wordt gedaan. Een achteruitgang! Wat heet, een schande! Hoe is dat bij jullie, vroeg ik aan mijn collega uit Oostenrijk. Wij doen dat nooit met z’n drieën. Wij werken al heel lang met een rechter-commissaris voor getuigenverhoren. Ja, wij ook, wist hij te melden. Dat was voor mijn Portugese collega wel een eye-opener, al werd hij er niet meteen blij van.

Maar wat tien jaar geleden nog een taboe was is nu algemeen aanvaard: de rechtspraak moet zelf belangrijke uitspraken op het internet zetten. Wel geanonimiseerd – een woord dat noch in het Frans noch in het Engels makkelijk van de tong rolt. En gratis. Dat mocht toen nog niet gezegd worden, want er waren landen die er geld voor vroegen en die kon je niet voor het hoofd stoten.

Er staan weinig hemelbestormend innovatieve gedachten over verbetering van rechtspraak in het document. Nog even een anecdote om de sfeer te illustreren: in een leuke gedachtenwisseling over alle dingen die met IT beter gaan dan zonder, is er ineens iemand die zegt: ja maar, we moeten niet te veel de nadruk leggen op de verbetering, dan lijkt het net alsof we tot nu toe geen goede rechtspraak hebben afgeleverd. Tja. Het PVRO, het programma waarmee de rechtspraak in drie jaar tijd in allerlei projecten veranderingen in gang zette, mocht destijds ook niet Programma voor de Hervorming, of Verbetering, van de rechtspraak heten. Versterking, verder ging het niet. Rechtspraak is goed, al kan het beter. Die gedachte miskent in ieder geval dat de maatstaven die voor goede rechtspraak worden aangelegd in die tien jaar onder invloed van de informatiesamenleving ook dramatisch zijn veranderd. Er wordt veel meer transparantie en activiteit verlangd dan toen. Ook efficiency trouwens, al krijgt dat in het document niet veel aandacht.

In de eisen van de omgeving zit hem wat mij betreft ook de grootste verandering, of als je wilt toch wel echte innovatie: actief, zelf gebruikers informeren over de rechtspraak, de gerechten en de voortgang van zaken is iets heel anders dan vertrouwen op de advocatuur om het publiek en de rechtzoekende te informeren. Dat vinden mijn collega’s nu blijkbaar heel gewoon, en dat vind ik dan weer een wonder.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven