In de brief die NOvA twee weken geleden aan de informateurs Dijkgraaf en Van Zwol stuurde, werd al aandacht voor de sociale advocatuur gevraagd. De VSAN heeft nu ook zelf haar zorgen over de toekomst van de sociale advocatuur bij de informateurs kenbaar gemaakt.
Tekort
Ze laat weten dat op korte termijn een tekort dreigt te ontstaan aan sociaal advocaten. Oorzaak: jarenlange bezuinigingen op de gesubsidieerde rechtsbijstand, de uitstroom van oudere advocaten, de relatief lage beloning en de krappe arbeidsmarkt voor juristen.
In een kleine tien jaar is het aantal advocaten dat werkzaam is in het stelsel voor gesubsidieerde rechtshulp met maar liefst 21 procent gedaald, blijkt uit cijfers van de Raad voor Rechtsbijstand: van 7.603 in 2014 tot 5.971 in 2023.
Werk aan de winkel
Als deze daling doorzet, zo schrijft de VSAN, dan kunnen vele burgers straks geen beroep meer doen op een sociaal advocaat. Terwijl burgers de afgelopen jaren zeker in relatie tot de overheid kwetsbaar zijn gebleken. Zonder advocaat lukt het veel mensen niet om hun geschil op een verantwoorde wijze aan de rechter voor te leggen.
Er is dus werk aan de winkel, aldus de vereniging. Het behoud van de rechtsstaat is een punt van voortdurende zorg en daarom komt de VSAN met drie suggesties voor de lange en korte termijn.
Onafhankelijk instituut
Om te beginnen komt de vereniging met een vergezicht en pleit ze voor meer samenwerking. Sociaal advocaten zouden samen met rechters en officieren van justitie moeten worden ondergebracht in een onafhankelijk instituut ‘publieke togadragers’, dat werkt op basis van een statuut. Het idee is dat er één financiering en één opleiding voor togadragers komt. “Ontschotting geeft zo ruimte aan meer gezamenlijke verantwoordelijkheid en synergie op een efficiënte en bovenal eerlijke uitkomst van juridische procedures”, aldus de VSAN.
In een LinkedIn-bericht naar aanleiding van de brief noemt VSAN-voorzitter Reinier Feiner het voorstel een “vergezicht op verdergaande integrale financiering en samenwerking binnen ons rechtsbestel” dat het waard is om verder uit te denken en te verkennen. “Het zou heel goed zijn om eens in een heisessie te bespreken hoe we het rechtsbestel over een jaar of twintig, dertig zouden willen zien”, licht hij desgevraagd toe.
100 miljoen erbij
Zolang een dergelijk vergezicht niet is bereikt, wil de VSAN dat er structureel 100 miljoen extra per jaar wordt begroot om de sociale advocatuur qua bemensing en beloning enigszins op gelijk niveau met rechterlijke ambtenaren te plaatsen.
Zalmnorm
De derde suggestie is een soort ‘Zalmnorm’ binnen het rechtsbestel. De VSAN stelt voor dat wordt vastgelegd dat er in de toekomst niet meer eenzijdig wordt bezuinigd op onderdelen van het rechtsbestel, omdat dit de balans van de weegschaal van Vrouwe Justitia vaak in het nadeel van de kwetsbare burger doet uitslaan. Feiner: “Als de Rechtspraak er vijf procent bij krijgt, zouden wij dat ook moeten krijgen. De sociale advocatuur is nu te veel een speelbal van de politiek, wat komt doordat wij geen ambtenaren zijn. Als je meer rechters hebt die meer zaken kunnen doen, is het belangrijk dat burgers hun probleem op de goede manier aan de rechter voorleggen. Daar hebben ze in de meeste gevallen een advocaat voor nodig.”
Raad voor de rechtspraak
Behalve de NOvA en nu de VSAN stuurde ook de Raad voor de rechtspraak de informateurs onlangs een brief met wensen. Daarin werd onder meer gewezen op het belang van een goede toegang tot de rechter en opgemerkt dat adequate rechtsbijstand daarbij een grote rol speelt.