Katelijn van Voorst is advocaat bij FoxWaldmeister Advocaten en oprichter van EVE, een private rechtbank die beoogt iedereen met een zakelijk geschil in een maand een rechtsgeldig vonnis te bieden. Speciaal voor Mr. Studenten kijkt ze terug op haar studententijd.
Katelijn van Voorst (46) begon in 1993 aan de Universiteit van Amsterdam en studeerde af op Nederlands civiel recht. Zij deed in 2005 nog een master International Trade aan NYU Law School. Zij is nu advocaat en oprichter van EVE.law. Zij werkte eerder als advocaat bij De Brauw Blackstone Westbroek en als jurist bij Talpa. Als advocaat adviseert en procedeert ze op het gebied van de nationale en internationale commerciële handelspraktijk met een focus op intellectueel eigendom.
Wat is de beste en wat de slechtste herinnering aan uw rechtenstudie?
De slechtste herinnering is zeker die ene keer dat ik heel erg goed had gestudeerd voor een tentamen dat ik uiteindelijk heb gemist omdat ik mij had verslapen. Zo suf. Heb die avond wel wat extra biertjes gedronken om de pijn te verzachten.
Mijn beste herinnering was een tien voor strafrecht. Ik word er nu weer vrolijk van. Wie haalt er nou een tien?
Wat was uw meest en wat uw minst favoriete vak?
Vermogensrecht was favoriet met Intellectuele Eigendom in het bijzonder. Ik denk dat ik mij bij deze vakken goed een voorstelling kon maken over de toepasbaarheid van het recht in de praktijk.
Minst favoriet waren toen de achtergrondvakken. In alle eerlijkheid heb ik mijn rechtenstudie altijd meer gezien als een middel naar het beroep advocaat, dan dat ik een diepe interesse had voor het recht. Grappig genoeg is dit is in de loop der jaren 180 graden gedraaid. Met EVE.law houden wij ons nu juist heel veel bezig met het recht, hoe rechtspraak zou moeten zijn en wat we kunnen doen om het toegankelijker te maken.
Wie was voor u een inspiratiebron?
Inspiratiebron vind ik altijd zo’n groot woord. Dan moet ik eerder denken aan grootheden zoals Oprah Winfrey, maar ik ben nooit een persoon geweest die posters in haar kamer had hangen van idolen. Ik vond toentertijd Ien Dales, toen minister van BiZa, wel cool. Zij was een Iron Lady, die dwars door de bestaande systemen heen ging. Dales zette onder meer het thema integriteit van overheid en politie op de agenda. Een van haar bekende uitspraken is “Wen beetje integer kan niet.” Die heb ik altijd onthouden.
Wat zou u achteraf aan uw curriculum hebben veranderd?
Ik zou mijn tijd meer hebben gebruikt voor verdieping. Ik ben na een paar jaar werken nog een master gaan doen in New York. Toen heb ik buiten de verplichte vakken voor mijn studierichting ook een aantal vakken gedaan die daar niets mee te maken hadden. In 2004, vlak na de aanslagen op het World Trade Center, volgde ik met een kleine groep Amerikaanse studenten bijvoorbeeld de vakken War, Crime and Terror en een vak over een rechtsvergelijking tussen segregatie in de V.S. en apartheid in Zuid-Afrika. Het was erg leerzaam om te horen hoe studenten uit de Amerikaanse cultuur in die context tegen het recht in de wereld aankijken. Dat is een verrijking geweest van mijn visie op rechtvaardigheid.
Wat zou u de huidige generatie studenten aan advies willen meegeven?
Probeer tijdens of na je bachelor eerst wat werkervaring op te doen alvorens je aan je master begint. Na die paar jaar praktijkervaring keek ik heel anders tegen mijn studie aan.
Katelijn van Voorst is deze week ook Mr. van de week. Lees hier het interview.
