Uw kantoor was afgelopen week te zien in een aflevering van De onmisbaren, bij de VPRO over de sociale advocatuur. U figureert daarin ook. Zijn er veel reacties gekomen op de uitzending?
“Ja, het was bijzonder om te merken hoeveel mensen direct na de uitzending reageerden, ook via LinkedIn. Ook ik werd herkend, hoewel ik maar heel even in beeld was.”
De sociale advocatuur is kennelijk onmisbaar? Waarom?
“Omdat rechtshulp aan mensen die dat zelf niet kunnen betalen een belangrijke maatschappelijke functie vervult. Een advocaat heeft de kennis en de mogelijkheden om mensen toegang te geven tot het recht, en hun rechten ook daadwerkelijk te verwezenlijken.”
De sociale advocatuur lijkt meer onder de aandacht te zijn gekomen door onder meer de Toeslagenaffaire. Klopt dat?
“Persoonlijk vind ik dat de Toeslagenaffaire meer blijk heeft gegeven van hoe ontzettend belangrijk het is dat er mensen zijn die niet klakkeloos doen wat gezegd wordt, maar kritisch blijven op hun eigen en andermans handelen. Of dat nou ambtenaren, rechters of advocaten zijn. De sociale advocatuur krijgt over het algemeen pas aandacht wanneer de advocaten in toga naar het Binnenhof gaan om aandacht te vragen voor hun financiële nood.”
Op zeker moment is er op de sociale advocatuur bezuinigd. Waar en bij wie lag daarvoor in het verleden eigenlijk de verantwoordelijkheid?
“De financiële problemen zijn er altijd geweest. De toegang tot het recht werd bemoeilijkt door het invoeren, en later verhogen, van de eigen bijdrage voor de rechtzoekende, het duurder maken van het griffierecht en – last but not least – het niet verhogen van de toevoegingsvergoedingen, terwijl alle kosten in de loop der jaren wel stegen. In 2009 is er 50 miljoen bezuinigd, en de voormalige officier van justitie en later oud-staatssecretaris Fred Teeven heeft later nog 100 miljoen willen bezuinigen op de sociale rechtshulp. Gelukkig is dat niet allemaal doorgegaan.”
Deze week is er in de Rode Hoed in Amsterdam een bijeenkomst naar aanleiding van de uitzending van De onmisbaren. Wat zou daar besproken moeten worden?
“Ik begrijp dat het daar zal gaan over de vraag hoe er voldoende sociale advocaten kunnen blijven bestaan. Er is namelijk niet alleen vergrijzing en uitstroom door pensionering, maar ook jongere sociaal advocaten – in de categorie van 30 tot 35 jaar – stromen uit. De jonge aanwas is beperkt en de Orde van Advocaten stelt steeds meer eisen en voorwaarden aan patronabele advocaten, hetgeen nieuwe instroom niet vergemakkelijkt.”
De staatssecretaris van Rechtsbescherming heeft het over een nieuw soort model kantoor dat er zou moeten komen, met diverse takken van de advocatuur daarin vertegenwoordigd (inclusief sociale advocatuur). Zien jullie daar wat in?
“Vroeger was er een heel grote tegenstelling tussen sociale en commerciële advocatuur. Toentertijd had je advokatenkollektieven met een k waar iedereen – ook het ondersteunend personeel – evenveel verdiende. Dat is niet meer. Wij van Spuistraat 10 hebben naast de toevoegpraktijk, een contract met een grote rechtsbijstandsverzekeraar. Bij ons op kantoor komen advocaat-stagiaires van grote commerciële kantoren stage lopen om procespunten te verdienen. Daarnaast verkopen we ook cursussen. Je bent als advocaat tenslotte ook ondernemer. Rechtshulp aan particulieren blijft echter wel een specialisme dat moeilijk is te combineren met fusies en overnames. De transactiepraktijk, en andere praktijken waar het om groot geld gaat en de inkomsten hoog zijn, zijn moeilijk in een kantoor te combineren als daarin de verdiensten nauwelijks kostendekkend zijn. De ‘sociale units’ die er vroeger waren bij commerciële kantoren, zijn allen teloor gegaan.”
Wie is uw rolmodel in de advocatuur, de mentor waar u een voorbeeld aan heeft gehad?
“Mijn patroon destijds was krakersadvocaat Jan Donk. Ik las onlangs een karakterbeschrijving van hem. ‘Nurks, opvliegend, humoristisch, fanatiek, vasthoudend […] Schopte menig rechter tegen het zere been’. Goede eigenschappen voor een advocaat. Al is gehoord worden nog wel iets anders dan dat er naar je wordt geluisterd.”
Wat is de meest aansprekende zaak die u in uw loopbaan hebt gevoerd?
“Meestal waren dat zaken waarbij mensen hun woon- of bedrijfsruimte konden behouden, tegen de wil van de eigenaar of verhuurder in. Zo stond ik in de coronaperiode een hotelpachter bij die een enorme huurachterstand had vanwege de weggevallen omzet. In die zaak is toen door de rechter de corona-kortingsformule voor het eerst toegepast.”
Welk boek dat u onlangs hebt gelezen, sprak u aan?
“Dat is Het eiland van de verdwenen bomen van Elif Shafak. Een verhaal over geliefden, burgeroorlog en wonderen van de natuur. Realistisch en toch een beetje mystiek.”
Met welke bekendheid zou u op een onbewoond eiland willen zitten?
“Met Arjen Lubach, want die neemt zijn team mee, en dan heb je meteen een gezellig clubje op dat eiland.”
De aflevering van De Onmisbaren over de sociaal advocatuur is terug te zien bij de NPO.