Bij informatietechnologie loopt de consumentenmarkt op veel terreinen voor op de professionele. Mensen gebruiken thuis en voor zichzelf apparaten en applicaties die ze op het werk niet hebben. Dat schept vraag naar vernieuwing op het werk, en ook onvrede omdat het op het werk met die vernieuwing vaak niet opschiet. Ook bij de iPad trekt het consumentengebruik de vernieuwing, zoals we verderop nog zullen zien. Volgens de grootste consumentengids ter wereld, het Amerikaanse Consumer Reports, is de iPad vooral leuk om mee te internetten en voor entertainment, maar verder kun je er niks mee: geen teksten schrijven, geen presentaties maken of houden. De iPad was de gadget van het jaar 2010, en volgens sommige goeroes ook van 2011.
Mijn medeblogger Rob Ameerun interviewde enige tijd geleden Richard Susskind, een bekende Engelse recht- en-technologieprofessor, over de trends voor 2011. Hij schreef the Future of Law (1996) en the End of Lawyers (2008). Die gaan allebei over de mogelijkheden van informatietechnologie voor het rechtsbedrijf, met name de advocatuur. Richards voorspellingen: cloud computing, outsourcing van bedrijfsprocessen, social media en op 1 met stip de iPad. Bij cloud computing staat alles ergens anders op een server (denk gmail), bij de outsourcing laat je zelfs het meeste werk buiten de deur doen.
De afgelopen maanden liepen er in de rechtspraak en bij het OM proeven met iPads. Zelf mocht ik er een paar dagen eentje lenen. Op de iPad meegeleverd waren de Tekst en Commentaar- produkten van Kluwer. Verder had de mijne wifi, en het was geen probleem hem in te laten loggen op ons thuisnetwerk. Dan kon je er ook mee internetten.
Wat geluiden uit de proef: wetgeving, richtlijnen en dergelijke bij de hand hebben in de zittingszaal stond in de proef voorop. Bij het OM wordt gemeld dat het prettig is om alles, dus de wet, de OM-richtlijnen en dergelijke gewoon bij je te hebben in de zittingszaal en bij contact met de ketenpartners. Ook rechters waren enthousiast over de gebruikersvriendelijkheid en het feit dat ze alles bij de hand hadden.
De aanwezigheid-met-iPad in de zittingszaal imponeerde, zo meldt iemand. Het lijkt wel of je door de advocatuur, standaard gewapend met blackberry en i-Phone, serieuzer wordt genomen als je je iPad bij je hebt. Maar zolang er geen wifi in de zittingszaal is, blijft het imponeren beperkt want toegang tot Google Maps of YouTube zit er niet in.
Bladeren is nog steeds niet even handig als bij een papieren boek. Ik vond de digitale versies van de wetgeving inderdaad nog niet makkelijk doorzoekbaar. Je komt niet met een of twee klikken bij het relevante artikel. Het nut is beperkt zolang je niet van de wetgeving door kunt klikken naar uitspraken op Rechtspraak.nl. Daarvoor moet je in ieder geval internettoegang hebben via wifi hebben – of een 3G-abonnement natuurlijk.
Een groot gemis is volgens sommige testgebruikers, dat er om veiligheidsredenen geen dossiers op de iPad mogen. Andere gebruikers melden dat hij vooral fijn is om stukken te lezen in de trein. Dan hoef je al die pakken papier niet meer mee te slepen. Sommigen hebben daarvoor privé een iPad aangeschaft. Internetten aan de keukentafel is prettig. Ik vind de touchscreen-bediening heerlijk. Maar net als Richard Susskind vind ik het pas interessant worden als je hem ook kunt gebruiken voor tekstproduktie en presentaties. Voorpoig doet mijn netbook dat ook heel adequaat.
Wetgeving en richtlijnen bij je hebben dus en stukken lezen in de trein. Het lijkt wel of de iPad voor de rechtspraak vooralsnog een veredelde e-reader is, en voor dat doel goed voldoet. Ook hoorde ik de suggestie dat het een mooi opstapje zou kunnen zijn naar het gebruik van digitale dossiers.
Dat zette mij aan het denken. Het lijkt mij goed voorstelbaar dat een iPad-achtig apparaat heel bruikbaar zou zijn als interface voor electronische dossiers op het rechtbanknetwerk. Met beveiligde wifi in de zittingszaal moet dat geen probleem zijn. Dan hoeft het dossier niet op het apparaat te staan en blijft het goed beveiligd, en toch is de toegang tot het dossier eenvoudig geworden. Een soort cloud computing maar dan met een interne wolk. En met die heerlijke touchscreen-bediening.