Mr. van de week: Adriaan Mallan

Delen:

Adriaan MallanMr. van de week is Adriaan Mallan. Begin deze maand promoveerde hij op zijn proefschrift ‘Lekenbescherming in het bestuursprocesrecht’ aan de Universiteit van Tilburg. Mallan concludeert dat burgers die zichzelf vertegenwoordigen te weinig bescherming wordt geboden tegen hun gebrek aan juridische deskundigheid.

Om meer lekenbescherming te bieden zouden rechters volgens u zelfstandig de rechtmatigheid van een besluit moeten kunnen toetsen. Kunt u dit uitleggen?

De rechter beoordeelt nu ‘slechts’ de rechtmatigheid van een besluit van het bestuur, bijvoorbeeld een vergunning die is verleend voor het bouwen van een fabriek of een opgelegde dwangsom, op basis van de gronden die de burger aanvoert. Dat doet bij burgers die zichzelf vertegenwoordigen geen recht aan hun positie als leek. De rechter zou daarom meer rechtsbescherming moeten bieden en zelfstandig moeten beoordelen of het bestuursbesluit de toets der rechtmatigheid kan doorstaan.

Zou het niet beter en eenvoudiger zijn om gewoon procesvertegenwoordiging ook voor bestuursrechtelijke procedures te verplichten?

Dat verdient niet de voorkeur. De ‘rechtsstaatidee’ eist niet alleen dat statelijk optreden – dat geldt in ieder geval ten aanzien van belastend optreden – gebaseerd dient te zijn op de wet, maar ook dat tegen dat handelen rechtsbescherming openstaat. Met het verplicht stellen van procesvertegenwoordiging wordt het recht op toegang tot de rechter beperkt. Dat is niet wenselijk nu het in het bestuursrecht gaat om statelijk handelen dat geheel door het recht wordt genormeerd en waarvan de burger in onze samenleving op veel gebieden in sterke mate afhankelijk is – bijvoorbeeld in de sfeer van vergunningverleningen en sociale zekerheid.

Wat is de beste ontwikkeling in het bestuurs(proces)recht?

Met de nieuwe aanpak van bestuursrechtelijke geschillen – nieuwe zaaksbehandeling genoemd – wordt de burger, anders dan vroeger, op de hoogte gesteld van hoe de procedure bij de bestuursrechter werkt en kan de burger in mindere mate dan vroeger het slachtoffer worden van zijn gebrek aan deskundigheid ten aanzien van de procedure met als mogelijk gevolg het verlies van zijn zaak vanwege een procedurele fout. Het gebrek aan materiële lekenbescherming blijft echter een punt van zorg.

Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?

Zonder twijfel was dat mijn promotie op 4 juni. De vragen die ik kreeg waren niet gemakkelijk, maar ik kon er gelukkig goed mee uit de voeten. Daarnaast krijgt de promovendus rondom die plechtigheid de gelegenheid zijn onderzoek en standpunten onder de aandacht te brengen van een breder publiek.

Wie of wat is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?

Tijdens mijn promotieonderzoek is dat mijn promotor prof.mr. B.W.N. de Waard geweest. Hij heeft in zijn loopbaan een belangrijke rol gespeeld bij de ontwikkeling van het bestuursprocesrecht. Daarnaast wordt zijn werk gekenmerkt door een grote mate van precisie en gevoel voor nuance. Voorts is hij een bijzonder hartelijk en vriendelijk persoon.

Welk wetsartikel vindt u het mooist? Welk wetsartikel het slechtst?

In het bestuursprocesrecht van de Awb is er bij verschillende wetsartikelen een discrepantie tussen tekst en historie ervan enerzijds en de rechtspraktijk anderzijds. Als art. 8:69 Awb zo toegepast zou worden als mijns inziens de Awb-wetgever het bedoelde, zou ik dat het mooiste artikel vinden. Op basis daarvan heeft de rechter de bevoegdheid om in ruime mate het besluit op rechtmatigheid te toetsen en bij het onderzoek naar de feiten en zijn rol bij het aanvullen van de rechtsgronden een leekvriendelijke rol te spelen. Door de beperking die de rechter er nu inleest ten aanzien van zijn rechtmatigheidstoetsing – namelijk strikt beperkt tot de gronden van beroep (van een leek!) – is het eerste lid van art. 8:69 wat mij betreft, en daarmee beantwoord ik tevens uw tweede vraag, het slechtste artikel.

Welke juridische website raadpleegt u vaak?

Ten behoeve van het jurisprudentieonderzoek heb ik vaak de website rechtspraak.nl geraadpleegd.

Welk boek las u het laatst?

Het laatste boek dat ik gelezen heb, is ‘Stoner’, een herontdekt werk van John Williams, waarin prachtig wordt beschreven hoe iemand die allerminst een eenvoudig en gelukkig leven heeft, toch een bestaansreden kan blijven vinden in zijn werk.

Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?

Ik neem aan dat het bij deze vraag niet per se hoeft te gaan om iemand die nog in leven is. Als ik dan toch een cel zou moeten delen met iemand, dan met Nelson Mandela. Ik heb er altijd grote bewondering voor gehad dat hij, na zolang vast te hebben gezeten, nog steeds zo’n grote mate van vergevensgezindheid en naastenliefde bleek te bezitten.

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Scroll naar boven