Mr. van de week is Annemarie Drahmann. Op donderdag 5 februari verdedigde zij aan de Universiteit Leiden haar proefschrift met het onderwerp ‘Transparante en eerlijke verdeling van schaarse besluiten; een onderzoek naar de toegevoegde waarde van een transparantieverplichting bij de verdeling van schaarse besluiten in het Nederlands bestuursrecht.’ Drahmann is advocaat bij Stibbe.
Gefeliciteerd met uw promotie! Schaarse besluiten, wat zijn dat?
Schaarse besluiten zijn vergunningen en subsidies waarvan er maar een beperkt aantal verleend worden. Voorbeelden zijn openbaar vervoersconcessies, kansspelvergunningen en subsidies voor de aanleg van windparken op zee. Het gevolg van zo’n maximum is dat er meer aanvragen dan beschikbare besluiten kunnen zijn en de toewijzingsbesluiten onder de aanvragers verdeeld moeten worden, bijvoorbeeld door een tender, loting of wie-het-eerst-komt-het-eerst-maalt. Daarmee is sprake van een bijzonder soort besluiten waaraan bijzondere, zware (verdelings)eisen mogen worden gesteld.
Is die spaarzaamheid bij het verlenen van vergunningen wel nodig? Of verwacht u anders festivals op elk plein en chaos in de Amsterdamse gracht?
Het uitgangspunt moet zijn dat vergunningen niet schaars zijn. Een maximumaantal is alleen gerechtvaardigd als daar een goede reden voor is. Denk bijvoorbeeld aan een beperkt aantal vergunningen voor evenementen tijdens Koningsdag of carnaval of een beperkt aantal vergunningen voor bedrijven die een rondvaartboot over de grachten mogen exploiteren. De openbare orde kan zo’n goede reden zijn, maar ook milieu- of consumentenbescherming. Voor subsidies is een beperking meestal noodzakelijk, omdat het beschikbare budget bij de overheid beperkt is.
Werden vergunningen tot nu toe niet eerlijk verdeeld?
Een van de redenen om mijn onderzoek te verrichten is dat er veel geprocedeerd wordt door aanvragers die ‘verloren’ hebben bij de verdeling. Zij betogen vaak dat de verdeelprocedure oneerlijk is verlopen. In mijn onderzoek concludeer ik dat bij een verdeelprocedure alle aanvragers een gelijke kans moeten hebben. Om dat te kunnen realiseren zal het bestuursorgaan transparant moeten handelen. Dat betekent dat bepaalde informatie (o.m. wanneer, op welke manier en op welke toetsingsgronden de besluiten zullen worden verdeeld) vooraf en actief bekend gemaakt moet worden. Helaas is dit nog niet altijd het geval.
Verwacht u dat de transparantieverplichting in de Nederlandse wet wordt verankerd?
Op de korte termijn hoop ik dat bestuursorganen en bestuursrechters de transparantieverplichting via het gelijkheidsbeginsel in acht zullen nemen. Een wetswijziging is daarvoor niet nodig, want het gelijkheidsbeginsel bestaat al, maar wordt vooralsnog (te) beperkt uitgelegd. Codificatie van de transparantieverplichting in de Algemene wet bestuursrecht, bijvoorbeeld door een titel over de verdeling van schaarse besluiten op te nemen, is een goede stok achter de deur.
Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?
Naast mijn beëdiging als advocaat, het verschijnen en de verdediging van mijn proefschrift. Na vier jaar onderzoek mocht ik eindelijk mijn conclusies en aanbevelingen presenteren.
Wat of wie is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?
Mijn cliënten dagen mij uit om antwoorden te vinden op hun vragen. Deze vragen zijn nooit dezelfde. Het is leuk en belangrijk om mijn juridische kennis te kunnen vertalen naar de praktijk. Uitdagend wordt het als blijkt dat de praktijk dusdanig is dat er nog geen pasklaar juridisch antwoord te geven is. In dat geval help je je cliënt door zo concreet mogelijk te adviseren en draag je indirect ook bij aan de verdere ontwikkeling van het recht.
Welk wetsartikel vindt u het mooist? Welk wetsartikel het slechtst?
De belangenafweging en het evenredigheidsbeginsel van artikel 3:4 van de Awb. Dit artikel weerspiegelt voor mij de essentie van het bestuursrecht. In het bestuursrecht spelen vrijwel altijd meerdere, met elkaar tegenstrijdige belangen. Zeker in het omgevingsrecht kunnen de belangen van een initiatiefnemer, omwonenden en/of het algemeen belang van elkaar verschillen. Dat een bestuursorgaan deze belangen moet afwegen en moet motiveren waarom het ene belang zwaarder weegt dan het andere belang, is daarom van groot belang.
Een slecht artikel vind ik artikel 75 van de Flora- en faunawet over het verlenen van ontheffing van de verbodsbepalingen uit die wet. Het artikel is moeilijk leesbaar door de vele verwijzingen naar lagere regelgeving en bovendien ook nog in strijd met de Habitat- en Vogelrichtlijn. Hopelijk wordt dit snel opgelost met de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming.
Welke juridische website raadpleegt u vaak?
Rechtspraak.nl en wetten.nl. Wat is een bestuursrechtjurist zonder jurisprudentie en de wet?
Ik ben er overigens voorstander van dat alle bestuursorganen al hun besluiten publiceren op overheid.nl. Het huis-aan-huis-blad is voor de meeste burgers en bedrijven niet meer van deze tijd. Eén landelijke website (met attenderingsmogelijkheid) draagt daarom bij aan de transparantie.
Welk boek las u het laatst?
Ik ben net begonnen in één van de cadeaus die ik na afloop van mijn promotie heb gekregen, namelijk “De offers” van Kees van Beijnum.
Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
Ik hoop nooit in de gevangenis terecht te komen; hooguit een dag om het te ervaren. Die 24u zou ik dan graag mijn cel delen met Neelie Kroes. Als eerste Nederlandse vrouwelijke Eurocommissaris inspireert zij mij om me altijd verder te willen blijven ontwikkelen.