

Mr. van de week is dr. Oswald Jansen. Hij is onlangs bij de gemeente Den Haag (naast advocaat) de eerste juridisch bestuursadviseur geworden. Zijn taak bij de gemeente is vooral advisering aan het College van de gemeente Den Haag en de ambtelijke top en het voeren van procedures als advocaat van deze gemeente.
Jansen is tevens universitair hoofddocent Staats- en bestuursrecht aan de Universiteit Utrecht. Hij is gespecialiseerd in handhaving, waaronder vooral de bestuurlijke boete, economisch en financieel bestuursrecht en rechtsvergelijkend bestuursrecht. Hij is vaste annotator AB.
U gaat adviseren over complexe vraagstukken en juridische geschillen met een hoog afbreukrisico. Waar moeten we dan aan denken in Den Haag? Tramtunneltoestanden en Oud & Nieuw-ellende?
Dat zijn toestanden die voor zover ik weet al lange tijd tot het verleden behoren. Ik verwacht te worden betrokken bij juridisch complexe zaken en zaken die politiek of bestuurlijk belangrijk of gevoelig zijn, en dat is niet noodzakelijkerwijs hetzelfde. Ik kan daarbij trouwens rekenen op de juristen, waaronder een aantal ‘eigen’ advocaten, die bij de Bestuursdienst werken en bij de verschillende directies van de gemeente Den Haag, en in voorkomend geval de twee huisadvocaten van de gemeente.
Gaat u meer adviseren of meer procederen?
Meer adviseren dan procederen. Dat was ook al mijn ervaring hiervoor als advocaat bij Holla advocaten. Ik verwacht bij de gemeente net als voorheen bij Holla met grote regelmaat als advocaat en gemachtigde op zitting te verschijnen bij de sectoren civiel recht en bestuursrecht van de rechtbank Den Haag en bij de Raad van State.
Is het leven als ambtenaar rustiger dan als advocaat?
Totaal niet. Het vooroordeel luidt dat advocaat bij een commercieel kantoor een drukkere baan is dan ambtenaar bij een overheid of universiteit. Mijn ervaring tot nog toe is geweest dat het als ambtenaar bij de universiteit en nu bij de gemeente Den Haag ten minste even druk is. Trouwens, de juristen bij de Bestuursdienst in Den Haag moeten hun uren schrijven en hebben net als bij een commercieel kantoor een urentarget. Zij werken vaak in opdracht van een van de directies, en de directies betalen daarvoor. Er is wel een belangrijk verschil tussen de universiteit enerzijds en de gemeente Den Haag en de advocatuur anderzijds. Ik heb tot nu toe nog niet een rechtenfaculteit meegemaakt waar de ondersteuning zodanig is georganiseerd dat de professionals hun ding kunnen doen, zonder zich te hoeven bekommeren over administratieve en organisatorische aangelegenheden. Ondersteunende diensten zouden als mission statement “daadwerkelijke ondersteuning” moeten meekrijgen en het bijbehorende budget. Ik zie voortdurend duurbetaalde krachten werk doen waar ze eenvoudigweg te duur voor zijn, bijvoorbeeld omdat er onvoldoende budget is voor studentassistenten en secretariële ondersteuning. Daar komt bij dat bestuurlijke krachten van allerlei niveau alleen maar nog meer administratieve lasten over het universitaire personeel uitstorten. Opstelten zou zijn ding niet alleen bij de politie maar ook eens in onderwijsland moeten doen. “Red tape” moet ook in onderwijsland intern worden teruggedrongen, zeker in een situatie waarin de hoeveelheid personeel fors afneemt.
Is uw universitair hoofddocentschap te combineren met uw nieuwe baan?
Ik werk een dag per week aan de universiteit. De agenda is een uitdaging. Inhoudelijk is het een gouden combinatie. Ik heb trouwens voortdurend de combinatie met de praktijk gezocht en andersom, als rechter plaatsvervanger in sectoren strafrecht en bestuursrecht, als raadsheer-plaatsvervanger in de Centrale Raad van Beroep en als lid van allerlei adviescommissies.
Wie is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?
Ik geloof dat ik niet echt een bron van inspiratie heb. Er is wel een aantal juristen voor wie ik grote bewondering heb, vooral om hun combinatie van grote intelligentie en creativiteit en sociale vaardigheden. Ik bewonder Eberhard Schmidt-Assmann, onder nadere omdat hij een boek heeft geschreven dat – volgens mij terecht – als een van de belangrijkste boeken in het hedendaags publiekrecht moet worden beschouwd (Das allgemeine Verwaltungsrecht als Ordnungsidee), Andreas Vosskuhle, omdat hij een enorme kennis heeft van moderne kunst die ik niet heb, briljant is en zo jong al president van het Bundesverfassungsgericht, Alejandro Nieto, omdat hij een heel mooi boek heeft geschreven over het recht om bestuurlijk te straffen (Derecho Administrativo Sancionador) en verder Jean Bernard Auby, Sabino Cassese, C. van Vollenhoven, W.G. Vegting, A.M. Donner, Wim Duk, Willem Konijnenbelt, Leo Damen en Geert Corstens, en ik weet zeker dat ik er een aantal vergeet.
Welk wetsartikel vindt u het mooist?
De artikelen 25 tot en met 30 van de Spaanse Ley 29/1988 reguladora de la Juridicción Contencioso-Administrativa (LJ). Deze bepalingen lijken sterk op die uit het Duitse bestuursprocesrecht, en regelen deugdelijke rechtsbescherming tegen ruwweg al het handelen van de overheid bij de bestuursrechter, en dat had in Nederland allang ook ongeveer zo moeten zijn geregeld.
Welk wetsartikel het slechtst?
Dat is lastig kiezen. Een paar recente: 4:17, zesde lid,aanhef en onder b en c, Awb (studenten bestuursrecht weten meteen waarom) en 4:20e Awb.
Wat is het hoogtepunt uit uw juridische carrière?
1994: de eerste twee stevige artikelen van mijn hand die de basis hebben gelegd voor een van mijn specialismes: rechtsvergelijking strafrecht en bestuursrecht en bestraffend bestuursrecht (bestuurlijke boete); 1999: de verdediging van mijn proefschrift, 2004: het preadvies voor de Nederlands juristenvereniging dat ik heb geschreven, en het eerste grote rechtsvergelijkende boek waarvan ik samen met Gerhard Dannecker de editor was (Competition Law Sanctioning in the European Union). 2008: beëdiging als advocaat, 2011: juridisch bestuursadviseur gemeente Den Haag.
Welke juridische website raadpleegt u vaak?
www.rechtspraak.nl; www.rechtsorde.nl; opmaat.sdu.nl en Kluwer Navigator.
Welk boek las u het laatst?
Nachtzug nach Lissabon van Pascal Mercier, ik had het boek al lang geleden gekocht, maar kwam er nu pas aan toe.
Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
Dat is moeilijk. Of met iemand van wie ik vind dat die het gevang in zou moeten, en dat oordeel laat ik liever over aan de rechter, of iemand die ik graag bij mij heb, nu ik toch in de nor ben beland, maar dat kan ik mijn vriendin niet aandoen. Het Internationaal Strafhof, waar zij werkzaam is, zou dan trouwens worden beroofd van een geweldig goede jurist. Het zouden natuurlijk ook vrouwen kunnen zijn die ik interessant vind, zoals Brecht van Hulten, Sophie Hilbrandt, Daphne Bunskoek of Sandra Bullock (en zo zijn er nog wel een paar meer), maar dat zal ik mijn vriendin echt niet aandoen, en die vrouwen ook niet…
Weet u een goede Mr. van de Week? Mail ons: office@mr-magazine.nl