Mr. van de week is Serge Gijrath. Op 17 maart hield hij zijn oratie aan de Universiteit Leiden waarmee hij zijn benoeming als bijzonder hoogleraar telecommunicatierecht aanvaardde. Gijrath is sinds 1990 advocaat in Amsterdam. En sinds 2012 is hij partner bij C-Legal. Hij adviseert vooral bedrijven over grote ICT- en telecomcontracten en adviseert en procedeert in ICT- en telecom gerelateerde zaken. Daarnaast is hij onder meer arbiter bij de Stichting Geschillenoplossing Automatisering.
Tot welke aanbevelingen komt u in uw oratie?
Ach, ik ben net bezig, dus wie ben ik om met aanbevelingen te komen? Ik heb stilgestaan bij enkele thema’s die als rode draad door de telecomwetgeving lopen: interoperabiliteit, innovatie en internationalisering. Deze onderwerpen wil ik verder onderzoeken. Ik heb geconstateerd dat de Europese Commissie teveel gefocust is op het micromanagement van elektronische communicatienetwerken en hun exploitanten. Minder regulering bevordert innovatie. Innovatie is broodnodig, nu het belang van robuuste netwerken met de exponentiële datagroei toeneemt.
Wat is de opvallendste ontwikkeling in het telecommunicatierecht?
De verrommeling. Er komt nu een behoorlijke stroom nieuwe telecommunicatieregelgeving uit Brussel, onder het mom van harmonisatie. Deze regels zijn tamelijk politiek gedreven. De bepalingen, zoals bijvoorbeeld extra informatieplichten ten behoeve van consumenten, vind ik soms wat marginaal. Verder valt mij op dat het accent van markt- naar technologieregulering verschuift. Dat uit zich in nogal versnipperde en niet erg toekomstvaste reguleringsdoelstellingen.
Als u het voor het zeggen had dan…?
Gingen we in Amsterdam met zijn allen op cursus om onze lontjes wat te verlengen en wat aardiger te zijn voor elkaar; op straat, in de winkels en in de kroeg. Met iets meer vriendelijkheid is het niet alleen de mooiste maar ook de leukste stad van de wereld.
Wie is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?
Justice Harry Blackmun van het Amerikaans Hooggerechtshof. In 1989 mocht ik in Oostenrijk een cursus bij hem volgen waarbij hij ons doceerde over de Amerikaanse grondwet. Hij vertelde over zijn baanbrekende opinie in de zaak Roe v Wade (1973). In deze zaak bracht het Hof in het kader van de zg. due process clausule en het recht op privacy het recht op abortus onder het 14e amendement in de Amerikaanse grondwet. Hij was ook erg geïnteresseerd in de jurisprudentie over de vrijheid van meningsuiting en zijn exposés leidde tot levendige discussies. Toen ik hem een keer om 8.00 ’s ochtends aan een tafeltje in de bibliotheek aantrof, vroeg ik hem waarom hij daar zat. Blackmun (toen 81): “Ik studeer. Omdat ik niets weet.” Ik heb het altijd onthouden en het houdt me scherp.
Recenter Christine Lagarde, voormalig managing partner bij Baker & McKenzie en nu directeur bij het IMF. Zij verenigt de mooiste eigenschappen voor een jurist: scherpte, specialisatie, integriteit, loyaliteit, ambitie en empathisch vermogen. Al is ze razend druk, ze heeft altijd tijd voor iedereen.
Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?
Mijn oratie op 17 maart van dit jaar zal ik nooit vergeten. Ik kende ongeveer iedereen in de statige zaal van het Academiegebouw. Het was zo bijzonder om hen drie kwartier te mogen toespreken over wat mij bezighoudt.
Welk wetsartikel vindt u het mooist?
Art. 6.1 van de Telecommunicatiewet. Daarop heb ik vijf jaar gestudeerd. De combinatie van een onderhandelplicht voor telecommunicatiebedrijven met specifieke gedragsnormen. Plus de mogelijkheid dat een toezichthouder afdwingt dat civiele partijen een overeenkomst sluiten. Dat is toch prachtig vreemd?
Welk wetsartikel het slechtst?
Art. 6:234 lid 3 BW vind ik tamelijk onzinnig. Maar er zijn vast ergere bepalingen.
Welke juridische website raadpleegt u vaak?
Rechtspraak.nl en overheid.nl. De afgelopen tijd elke dag Telecom en Recht. Ik heb deze website opgezet om de Europese en de Nederlandse telecommunicatierecht jurisprudentie een beetje te ordenen en bij te houden. Een werk in ontwikkeling en binnenkort voor iedereen toegankelijk.
Welk boek las u het laatst?
Tegelijk: Wolf Hall van Hilary Mantel & Solar van Ian McEwan. McEwan heb ik nog niet helemaal uit.
Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
Met de Griekse filosoof Epicurus, met Anne Frank, Nelson Mandela & Annie M.G. Schmidt. Het lijkt misschien wat druk, maar ze waren allen weinig ruimte gewend… (Annie ook, want zij schreef in haar tuinhuisje). Naar hen luisteren, zou mij een enorm gevoel van vrijheid geven.