Rinus Otte wordt lid van het College van procureurs-generaal van het Openbaar Ministerie (OM). De ministerraad heeft er op voorstel van minister Van der Steur van Veiligheid en Justitie mee ingestemd om Otte voor te dragen voor benoeming in de leiding van het OM per 1 maart 2016. Hij gaat zich bezighouden met een veranderingsproject dat ziet op het borgen van de juridische kwaliteit in relatie tot processen, de bedrijfsvoering en de ICT.
Otte werd vooral bekend door zijn boek ‘De nieuwe kleren van de rechter‘ dat in 2010 verscheen en een schok veroorzaakte in juridische Nederland. “De omgangsvormen tussen strafrechters lijken rauw en minder omfloerst geworden,” schreef Otte toen. Hij schreef dat rechters te kampen hadden met grote werkdruk en de grote hoeveelheid zaken niet aan konden. Dat lag volgens Otte deels aan de organisatie en het financieringssysteem waardoor soms keuzes worden gemaakt die de kwaliteit van de rechtspraak niet ten goede komen. Daarbij hadden strafrechters, volgens Otte, de neiging om zichzelf op een voetstuk te plaatsen en vertoonden ze onprofessioneel gedrag. Ze lieten zich onbehoorlijk uit, waren veeleisend, klaagden veel en overvroegen de leiding. Zijn betoog bleek later een voorbode van het zogeheten Leeuwarder Manifest, waarin rechters de noodklok luidden over de werkdruk.
Otte (1961) is sinds augustus 2015 actief als adviseur van het College van procureurs-generaal in de verdere ontwikkeling van de organisatie, onder meer in het kader van het programma OM 2020 en naar aanleiding van de bevindingen van de commissie Hoekstra. Daarvoor was hij werkzaam als senior raadsheer in het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Verder is Otte hoogleraar organisatie van de rechtspleging aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Otte wordt de vierde procureur-generaal in het College naast voorzitter mr Herman Bolhaar, mr. Gerrit van der Burg en mr. Albert van Wijk.