Zakelijke begeleiding van advocaat

Delen:

Beeld: Gerd Altmann/Pixabay

Sturende coaching op basis van tuchtrechtspraak, advies en vrijwilligheid

Over mijn rol als ooit beoogd begeleider van mr. Bram Moszkowicz als herintredend advocaat is – bij sommigen – rumoer ontstaan. Ik voel de behoefte te reageren. Wellicht had ik moeten ingaan op de eerdere uitnodiging van Mr. voor een interview. Maar ik zag daarvan af omdat ik het niet passend vond als coach in de media te komen over de zaak van een (ex)cliënt. Want – zoals mijn collega coaches terecht zeggen – het moet niet gaan over de coach.

Integriteit in geding

Ik vind het dus bepaald onprettig om in de openbaarheid te treden, maar doe het toch omdat collega coaches in ronkende bewoordingen mijn integriteit in twijfel trekken: ‘onverantwoordelijke invulling van het begeleider-zijn’, ‘plank volledig misslaan’, ‘heel pijnlijk’, ‘te veel belang aan zichzelf hechten’, ‘kans op gedragsverandering nihil’. Mijn korte reactie is: jammer dat zij niet oordelen op basis van alle relevante feiten.

Oprechte zorg

Intussen merk ik in hun bewoordingen een oprechte zorg voor de statuur van de onbeschermde professie van coaching, een zorg die ik deel. Daarom nu mijn langere reactie om uit te leggen wat er werkelijk aan de hand was. Ik schrijf op persoonlijke titel. Wel heb ik het concept van deze reactie voorgelegd aan de heer Moszkowicz en diens advocaten; het mocht ongewijzigd blijven.

Al voltooide coaching

De kern van de misvatting bij mijn critici is dat zij kennelijk oordelen over een bepaald soort coaching, terwijl de situatie in geding een andere was. Twee trajecten moeten namelijk worden onderscheiden: 1. coaching in de traditionele zin waarvoor mijn collega’s terecht met kracht opkomen, en 2. zakelijke begeleiding indien de heer Moszkowicz tot de balie zou worden toegelaten. Uit het artikel in Mr. blijkt niet dat de geraadpleegde coaches zich ervan bewust zijn dat er vóór de zitting van het Hof van Discipline al sprake was van een voltooid traject van traditionele coaching. Want de pijlen worden enkel gericht op hoe ik mijn cliënt als ‘materiële patroon’ zou begeleiden, en dat die werkwijze hem niet op weg zou helpen naar zelfstandige gedragsverandering.

Zelfreflectie en inkeer

Hoe sterk is dat verwijt? Zelfreflectie, gedragsverandering en intrinsieke motivatie stonden centraal in tien intensieve sessies van ongeveer twee uur elk die hadden plaatsgevonden op het moment dat het HvD zitting had. Het was mijn professionele gevoelen als coach – en overigens ook van andere betrokken professionals – dat mijn cliënt precies onderkende welke serieuze fouten zijn schrapping van zeven jaar geleden volledig rechtvaardigden en dat hij oprecht vastberaden was het nooit meer zo ver te laten komen.

Onbekend bij critici

Over dit traject van traditionele coaching ging het op de zitting niet. Over de wijze waarop ik mijn cliënt heb begeleid heb ik – anders dan wordt gesuggereerd – het HvD niet voor de zitting schriftelijk geïnformeerd (ik was immers geen procespartij en heb het HvD dus helemaal niets geschreven). Anders dan wordt gesteld doet het HvD dus geen uitspraak over de wijze waarop ik de heer Moszkowicz toen al had begeleid. En dat had ook niet gekund, want die coaching was – zoals het volgens de regels van professionele coaches hoort – volstrekt vertrouwelijk. Mijn critici wisten er dus niets van.

Indrukwekkend

Bij het HvD ging het over de eventuele begeleiding indien de heer Moszkowicz tot de balie zou worden toegelaten. Daarop richten de critici hun pijlen. Maar dat doen zij helaas vanuit hun opvatting over traditionele coaching, die zij afwezig achtten maar die dus al was voltooid: met veel inzicht in gemaakte misstappen zei de heer Moszkowicz bij het HvD dat hij had ‘gefaald als advocaat en ondernemer’. Verstand werd gehoord, emotie gezien. Een indrukwekkend moment.

Constructief idee

Het beoogde tweede traject van begeleiding, was een constructief idee dat mij werd voorgelegd door de zeer ervaren en tuchtrechtelijk buitengewoon geverseerde advocaten die de heer Moszkowicz bij het HvD hebben bijgestaan. En geen misverstand daarover: ik vond het een prima plan om als ‘materieel patroon’ te gaan optreden. Ik heb zeer veel ervaring als patroon en ik ken de strafpraktijk als mijn broekzak. Mooi uitgangspunt om voor mijn cliënt de sparringpartner te zijn die hij zocht en die waar nodig niet zou schuwen zijn vinger te leggen op mogelijk zere plekken in de praktijkvoering.

Zakelijke begeleiding

Inderdaad: deze vorm van begeleiding was bepaald niet de ‘klassieke coaching’ vanuit welk perspectief mijn kritische collega’s terecht zo gepassioneerd spreken. Maar dat was ook niet de bedoeling. Zakelijke begeleiding, daar zou het om gaan. Waarom heb ik dat dan bij het HvD (zakelijke) ‘coaching’ genoemd? En waarom dan de aangeboden strakke voorwaarden voor die begeleiding?

Aanwijzende coach

Mijn cliënt, zijn advocaten en ik vonden voor de constructie van een ‘coach’ met – kort samengevat – aanwijzingsbevoegdheden steun in een beslissing uit 2017 van de Haags-Rotterdamse Raad van Discipline. Die tuchtrechter had mij – precies in die termen – aangewezen als coach om een voorwaardelijk voor drie maanden geschorste advocaat tijdens een proeftijd van twee jaar strak te begeleiden. Die advocaat werd door de tuchtrechter verplicht zich te gedragen naar ‘de adviezen en de aanwijzingen’ die ik hem ‘als coach’ zou geven (en ook zeer zeker heb gegeven). Mijn interventies mochten en moesten betrekking hebben op het bevorderen van ‘gedragsveranderingen’ en het stond mij ook vrij aanwijzingen te geven m.b.t. een door de advocaat te volgen ‘cursus of training’. Ik moest ook eens in de zes maanden aan de behandelend voorzitter van de Raad verslag uitbrengen. Dat traject is naar ieders tevredenheid afgerond.

Tuchtrechtelijk aanvaard

Ik werd dus aangewezen als coachend en rapporterend begeleider met vergaande bevoegdheden. Mijn cliënt in die zaak stond als het ware onder curatele. Klassieke coaching was het bepaald niet. Wel werd die vorm van sturende begeleiding door de tuchtrechter zelf als coaching bestempeld. Ik heb destijds geen collega coach gehoord die opponeerde tegen de term coaching. Nee, men vond het zelfs zeer constructief van de tuchtrechter om een advocaat onder strakke begeleiding een kans te geven zijn leven te beteren. Opbouwende benadering in plaats van afbrekende.

Maximaal ondersteunend

Daarom achtten wij een vorm van coaching in de zin van begeleiding met aanwijzende en sturende bevoegdheden ook in de onderhavige zaak verantwoord, helemaal nu die gewenste begeleiding uit de koker van de heer Moszkowicz zelf kwam wegens de vertrouwensband die intussen door de traditionele coaching was ontstaan. Door die band werd de strakke begeleiding die mijn cliënt van harte bereid was te aanvaarden niet als knellend ervaren, maar als maximaal ondersteunend. Dat was ook het geval omdat de voorgestelde begeleiding met opzet naadloos aansloot bij het ‘Verslag Ontwikkelassessment’ dat was opgesteld door vier onafhankelijke deskundigen van een gerenommeerd ‘consulting’ bureau dat ervaring heeft met coaching van advocaten. Als geen ander kennen zij de werkwijze voor coaching van professionele geheimhouders. Het HvD beschikte over dat rapport.

Terugfluiten verstandig

De deskundigen adviseerden om ‘een gericht plan’ op te stellen voor ‘professionele ondersteuning’ gedurende twee jaar. Zij vonden het ‘heel verstandig’ dat de heer Moszkowicz ‘afspraken heeft gemaakt met een coach, met wie hij kan sparren over het aannemen van een zaak en die hem kan terugfluiten’. De deskundigen noemden puntsgewijs welke ‘harde en toetsbare afspraken’ over ‘de coaching’ naar hun oordeel zouden moeten worden gemaakt. Mijn critici oordelen over mij zonder het assessment te kennen. Dat is vooral jammer, gezien de – hierna te vermelden – heldere conclusie van de rapporteurs.

Verantwoorde praktijkuitoefening

Het voorstel voor de strakke zakelijke begeleiding dat ter zitting van het HvD (even) ter sprake is gekomen was toegesneden op de punten die de deskundigen hebben genoemd. Waarom? Omdat het specialistisch oordeel in hun conclusie als volgt luidde: ‘Indien de heer Moszkowicz onze adviezen onverkort opvolgt, dan hebben wij er vertrouwen in dat hij zijn beroep als advocaat weer kan oppakken en dat hij zijn praktijk op een verantwoorde manier zal uitoefenen’, omdat hij ‘ontegenzeggelijk een vermogen tot zelfreflectie laat zien’, dat hem ‘de mogelijkheid biedt andere keuzes te maken dan in het verleden’. Het HvD heeft deze conclusie niet in zijn uitspraak vermeld, zodat mijn collega’s er helaas onwetend over waren.

Weigering HvD

‘Onverkort opvolgen’. ‘Terugfluiten’, als coach. Ja, in die zin zou de heer Moszkowicz aan mij ‘geketend’ zijn. Het is een manier van spreken geweest die bij het HvD aan de hand van het ‘assessment’ is toegelicht. Ik heb die uitdrukking niet gebruikt in enig aan het HvD verstrekt stuk. Sterker: ik heb niets aan de tuchtrechter overgelegd; het HvD weigerde zelfs het op schrift gestelde ‘gerichte plan’ voor de zakelijke begeleiding in ontvangst te nemen. Mijn kritische collega’s kennen dus – ook – dit plan niet. En toch oordelen zij scherp.

Begeleidingsvoorwaarden

Voor zover mijn critici het gerichte plan zo uitleggen alsof het een in steen gehouwen dictaat was van een coach aan wiens voorwaarden niet viel te tornen, veronderstelt dat toch te veel macht van mij. Het uiteraard soevereine HvD had andere en/of minder verstrekkende begeleidingsvoorwaarden kunnen opleggen, als het dat had gewild. Elke vorm van coaching die het HvD passend en geboden had gevonden had mijn cliënt met liefde omarmd. Het plan gaf enkel aan hoe ver hij bereid was te gaan om zijn oude professie weer te kunnen oppakken.

Niet onderzocht

Omdat het voorstel was toegesneden op het assessment kan ik niet anders concluderen dan dat het HvD zich niet heeft laten overtuigen door de opstellers ervan. Daarmee viel ook het doek voor mijn (verdere) betrokkenheid. Op de zitting heeft het HvD niet onderzocht welke voorwaarden wellicht wel acceptabel waren geweest. Het had gekund, maar was kennelijk een brug te ver. Er zullen andere factoren zijn geweest die het HvD hebben bewogen de toegang tot het tableau te blokkeren. Daarover onthoud ik mij als coach van een publiek oordeel.

Afgeleid verschoningsrecht

Interessant vind ik overigens dat de tuchtrechter in de zaak uit 2017 geen punt maakte van mijn positie als niet-geheimhouder. Ik heb toen geen geheimhoudersverklaring hoeven tekenen. Bij het HvD hebben de advocaten van de heer Moszkowicz en ik onderstreept dat ik gelijk elke secretaresse, student-stagiair, interne of externe boekhouder of accountant die vertrouwelijk materiaal kan tegenkomen, een dergelijke op afgeleid verschoningsrecht gerichte verklaring zou ondertekenen. Een in de Advocatenwet geregelde mogelijkheid. Jammer voor de rechtsvorming dat het HvD dit vermeldt noch uitdiept, maar enkel de suggestie oproept dat de kernwaarde van vertrouwelijkheid in geding kan zijn.

Ruime definitie coaching

Tot slot: een in Nederland geaccepteerde internationale definitie van de professionele coach is iemand die een expert is ‘in establishing a relationship with people in a series of conversations with the purpose of serving the clients to improve their performance or enhance their personal development, or both, choosing their own goals and ways of doing it.’

Advies gevolgd

De gesprekken zijn er geweest. De vertrouwensrelatie tot stand gekomen. De doelen gekozen. En ‘the way of doing it’ is voorgesteld op basis van het advies van deskundigen gespecialiseerd in de coaching van advocaten.

I rest my case.

Jan Sjöcrona
3 mei 2020

Foto Jan Sjöcrona: Mirjam Lems

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven