Deze richtlijn verplicht bedrijven tot in detail informatie te publiceren over de impact die zij hebben op het klimaat en de leefomgeving (onder meer mensenrechten). Vanaf 2024 wordt deze stapsgewijs ingevoerd: eerst zijn beursgenoteerde bedrijven aan de beurt, vanaf 2025 volgen in stappen de rest van de grote en middelgrote bedrijven.
De detailinformatie die bedrijven volgens CSRD moeten verschaffen heeft vergaande gevolgen. Is het beschrijven van de eigen impact al een uitdaging, onder CSRD moeten bedrijven niet alleen hun eigen impact tot in extenso omschrijven, maar ook de impact van toeleveranciers in de keten. Veel bedrijven lijken nog helemaal niet scherp te hebben wat er van hen verwacht wordt, met op zich alle reputatie- en financiële risico’s van dien. Maar ook de publicatie zelf brengt risico’s mee.
De nieuwe en gedetailleerde informatie die op basis van deze regelgeving openbaar moet worden gemaakt, zal zonder twijfel worden aangegrepen voor heel veel juridische procedures de komende jaren. Milieu- en mensenrechtenorganisaties zullen de ontwikkelingen met argusogen volgen: gebeurt er te weinig aan het verminderen van impact op klimaat en mensenrechten, dan zullen zij niet alleen argumenten aan de gepubliceerde informatie kunnen ontlenen, maar ook kunnen bepalen welke onderneming geselecteerd moet worden als wederpartij. Tegelijkertijd zullen investeerders, die (steeds vaker) bereid zijn uitsluitend te beleggen in duurzame ondernemingen, in een aantal gevallen tot hun schrik en teleurstelling tot de ontdekking kunnen komen dat de impact van hun ondernemingen en de daarmee verbonden waardeketen, veel hoger blijkt dan zij op basis van eerdere informatie (en marketing) dachten. Dat gaat zogenoemde greenwashing-claims geven. Omdat dit soort claims van teleurgestelde beleggers zeer geschikt lijken voor massaschadeclaims, is de potentiële exposure enorm.
Ook bestuurders zullen de ontwikkelingen nauwgezet volgen, maar dan omdat ze zich zorgen maken over hún exposure: bestuurdersaansprakelijkheid ligt op de loer voor iedere bestuurder die bewust het klimaat of mensenrechten in gevaar brengt en in onvoldoende maatregelen treft om dat te voorkomen. De stelling dat van opzet of bewuste roekeloosheid sprake is, is dan snel aan de orde. En dit zijn claims die de gemiddelde verzekering niet dekt.
Tot slot zijn er nog de accountants, die de uitgebreidere klimaat- en mensenrechtenrapportages moeten goedkeuren, die een toegenomen risico op beroepsaansprakelijkheidsclaims zien opduiken.
Voor advocaten en andere juristen zeker geen slechte tijd…