Er dreigt een tweedeling in deurwaardersland te ontstaan. Het opnieuw vastleggen van de mogelijkheid tot derdenparticipatie in deurwaarderskantoren lijkt namelijk niet ver weg meer en dat zorgt voor grote onrust bij steeds meer deurwaarders. Zij willen deze integratieoptie immers juist strikt verbieden, omdat de onafhankelijkheid van de deurwaarder ernstig in het geding zou zijn.
Al voor de invoering van de Gerechtsdeurwaarderswet in 2001 waren er kantoren waarin derden (niet-gerechtsdeurwaarders) participeerden. Na de invoering van de wet is getracht de participatie in goede banen te leiden door een richtlijn en in 2008 is de huidige verordening aangenomen waarin deelname door derden tot 49% wordt toegestaan. Daarbij werd bepaald dat de deurwaarder geen opdrachten mag accepteren waarbij de participant direct (eigen vorderingen) of indirect (vorderingen van klanten van de participant) betrokken is. Deze beperking is punt van kritiek bij een deel van de beroepsgroep en reden voor aanpassing van de verordening.
Het ‘Genootschap van Onafhankelijke Gerechtsdeurwaarders’ grijpt dit moment aan om een kritisch tegengeluid te laten horen en verzet zich tegen elke vorm van derdenparticipatie. Begin maart berichtte deze website al over de hiermee gepaard gaande ruzie binnen de beroepsgroep. En die onenigheid lijkt steeds meer toe te nemen. De actiegroep bestaat inmiddels uit zo’n 280 leden en dat is bijna een derde van het totaal aantal deurwaarders in Nederland (circa 900).
Alex Vanhommerig, een van de leden van de ‘verzetsgroep’ en deurwaarder in Enschede, vreest voor een tweedeling binnen de beroepsgroep. “Iedereen verhardt nu in zijn standpunt en dat maakt het allemaal erg onaangenaam. Een tweedeling ligt op de loer. Al zal het vast niet zo’n heftige storm als in het notariaat worden. Daar wil ik niet eens aan denken, dat zou heel slecht zijn voor ons. Bovendien zijn we niet uit op vervanging van het bestuur. Althans, dat is geen doel op zich.”
Bij de algemene ledenraadsvergadering (ALV) aanstaande zaterdag zal de nieuwe regeling onderwerp van discussie zijn. Het bestuur heeft alle leden opgeroepen aldaar een bijdrage te leveren. Voorzitter van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders John Wisseborn licht toe: “Wij discussiëren nu over wijziging en aanscherping van de huidige verordening. Daar beslist de beroepsgroep in het najaar over. Eerst gaan we uitgebreid van gedachten wisselen met elkaar, waaronder tijdens de aankomende ALV.”
Geloofwaardig
Kritisch is Vanhommerig over de houding van de voorzitter. “Hij heeft mij nog niet ervan kunnen overtuigen waarom derdenparticipatie nou zo belangrijk is anders dan dat er behoefte is aan kapitaal en management.” Vanhommerig vindt dat dat niet aantasting van de kernwaarden (onafhankelijkheid en onpartijdigheid) mag rechtvaardigen. “Hoe kun je nog geloofwaardig overkomen als openbaar ambtenaar terwijl je door marktpartijen wordt aangestuurd? Soms denk ik dat de voorzitter ook niet gelukkig is met de situatie, maar dat hij door druk van buitenaf (grote kantoren) niet anders kan.”
Wisseborn stelt dat het niet aan hem is om individuele leden te overtuigen noch dat hij in zijn eentje over zaken kan beslissen, al dan niet onder ‘druk van buitenaf’. “Het genootschap dicht mij daarmee een veel te grote bevoegdheid toe. En ik kan verzekeren dat ik zeer wel in staat ben onafhankelijk van wie dan ook mijn mening te vormen en deze ook te ventileren, mocht ik daaraan behoefte hebben.”
Zuivere proporties
Een aanzienlijk aantal deurwaarderskantoren zou zich volgens VanHommerig niet meer zonder kapitaal van derden kunnen redden. Toch sturen de actievoerende deurwaarders aan op het terugdraaien van reeds geïntegreerde derden. Vanhommerig erkent dat dit tot grote (financiële) problemen in deurwaardersland zal leiden. Kantoren zullen failliet gaan. “Tja, soms moet er pijn worden gevoeld om alles weer binnen behoorlijke en zuivere proporties te krijgen”, is het enige dat hij hier op zegt.