Wybrand van der Meulen over de elegantie van eenvoud

Mr. van de week is Wybrand van der Meulen, adviseur bij Andersson Elffers Felix. Op 1 juni promoveerde hij aan de Rijksuniversiteit Groningen op het proefschrift ‘De meldingsplicht gereguleerd. Een juridisch-empirisch onderzoek naar regulering van de meldingsplicht’.

Delen:

WybrandVanDerMeulen_05zz

Melding, vergunning, algemene regels… Helpt u de lezer een handje?
“De wetgever reguleert activiteiten van burgers en bedrijven op allerlei manieren. Dat kan door algemene regels te stellen waarmee bepaalde activiteiten in één klap zijn geregeld. Een vergunning maakt meer maatwerk mogelijk. Een activiteit is dan verboden zolang er geen toestemming is gegeven. Door voorwaarden aan de vergunning te verbinden, kan elke activiteit individueel worden gereguleerd. De besluitprocedure die daarvoor moet worden doorlopen kost echter tijd en is daarom lang niet altijd populair. Een melding wordt dan vaak als tussenoplossing gezien: het bevoegd gezag kan op basis van de melding controleren of een geplande activiteit aan de geldende regels voldoet, maar er is geen besluitprocedure die veel tijd in beslag neemt.”

Waarin schuilt de kracht van de meldingsplicht als reguleringsinstrument?
“Het is een eenvoudig instrument waarmee bestuursorganen activiteiten kunnen controleren, zonder een tijdrovende en formele vergunningprocedure te moeten doorlopen. In die eenvoud zit een bepaalde elegantie. Er hoeft eigenlijk niet heel veel meer geregeld te worden, dan de verplichting om een activiteit vooraf bij een bestuursorgaan te melden.”

Voor zover bekend werd het eerste meldingenstelsel in het leven geroepen in de Boswet van 1962 (voor het vellen van een houtopstand). Eenvoudig en effectief – een succes, schrijft u. Vele regelingen daarna brachten juridische mist. Was het dan in één keer goed?
“Eigenlijk wel. In de Boswet werd het kappen van kleine hoeveelheden houtopstand verboden, zolang er geen voorafgaande melding was gedaan. Slechts in uitzonderlijke gevallen kon de kap alsnog worden verboden. Daarna is men gaan experimenteren en dat heeft tot veel verschillende stelsels geleid die allerlei vragen en onzekerheden opriepen. De eenvoud van de meldingsplicht is vaak verloren gegaan, doordat de wetgever toch nog van alles wilde regelen. Niet zelden leidde dat tot meldingsplichten waarin alsnog een toestemmingsbesluit moest worden afgewacht. Van dergelijke ‘verkapte vergunningsplichten’ moeten we echt af. Gelukkig zijn de meldingsplichten in de Omgevingswet op ongeveer dezelfde manier geregeld als in de Boswet. Ik beveel die formulering ook voor de meeste andere activiteiten aan.”

Er bestaan meldingsplichten voor (onder meer) het aanleggen van een uitrit en het organiseren van een demonstratie. Maakt het nog uit dat het in dat laatste geval gaat om een grondrecht?
“Ja. Uit jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens volgt dat een demonstratie niet maar kan worden verboden, alleen omdat deze niet is gemeld. Daarvoor weegt het belang van het kunnen uitoefenen van een grondrecht te zwaar. Voor uitritten en andere niet-grondrechtelijke activiteiten is die toets minder streng. Dit heeft ook implicaties voor het formuleren van een meldingsplicht in wet- en regelgeving. Welke? Dat leg ik uit in mijn proefschrift.”

Inmiddels hebt u de universiteit verruild voor de wereld van advisering. Even wennen?
“Ja, de intensiteit en afwisseling van verschillende opdrachten was wel even wennen. Gelukkig doe ik nog steeds veel onderzoek en ervaar ik bij AEF bijna net zo veel vrijheid als tijdens het promoveren.”

Wat is uw favoriete artikel uit de Algemene wet bestuursrecht?
“Achter de regulering van feitelijk handelen in art. 3:1 lid 2 Awb schuilt volgens mij nog een hele wereld waar in het bestuursrecht weinig aandacht voor is, omdat het feitelijk handelen niet appellabel is.”

Wie of wat is in uw juridisch bestaan uw bron van inspiratie?
“De vele verraste opmerkingen van niet-juristen de afgelopen jaren dat mijn promotieonderzoek toch best praktisch is. Dat geldt volgens mij voor al het juridisch onderzoek. Hoe diep je ook in juridische theorie duikt, uiteindelijk heeft het altijd te maken met iets waar mensen in het dagelijks leven tegen aan lopen. Wie denkt dat rechten theoretisch is, heeft het niet begrepen.”

U begaat een kardinale inschattingsfout. Met welke beroemdheid zou u een gevangeniscel willen delen?
“Cabaretier Tim Franssen weet humor en filosofie op geweldige wijze te combineren. Gesprekken met hem kunnen veel tijd doden, vermoed ik.”

Als u het voor het zeggen had…
“Zou overheidscommunicatie een stuk begrijpelijker zijn.”

Delen:

Het belangrijkste nieuws wekelijks in uw inbox?

Abonneer u op de Mr. nieuwsbrief: elke dinsdag rond de lunch een update van het nieuws van de afgelopen week, de laatste loopbaanwijzigingen en de recentste vacatures. Meld u direct aan en ontvang elke dinsdag de Mr. nieuwsbrief.

Meest gelezen berichten

Van onze kennispartners

Juridische vacatures

Scroll naar boven