Mr. van de week is Barbara Oomen. Zij is door het bestuur van de PvdA Zeeland voorgedragen als kandidaat voor de Tweede Kamer voor de verkiezingen van maart 2021. Oomen is hoogleraar sociologie van de mensenrechten aan de Utrechtse Universiteit en was decaan van het University College Roosevelt in Middelburg.
Gefeliciteerd met deze voordracht. Hoe groot schat u de kans dat u in de Kamer komt?
Nou, zoals ik zeg tegen mensen die nu al op mij willen stemmen: er is nog een lange weg te gaan. Ik moet eerst überhaupt nog op de landelijke lijst komen, het liefst zo hoog mogelijk, en dan moeten nog zoveel mogelijk mensen PvdA stemmen.
Toch spreek ik de ambitie maar uit. Niet alleen omdat Zeeland de voordracht al openbaar maakte, maar ook omdat ik hoop dat dit andere juristen, van alle politieke kleuren, op gedachten brengt. Dit is de tijd van invloed op verkiezingsprogramma’s, en voor kandidaatstelling. De rechtsstaat heeft frontsoldaten nodig!
Nederland heeft veel te weinig aandacht voor mensenrechten in eigen land, zei u in 2012. Het belangrijkste probleem: Kamerleden weten weinig van onze verdragsverplichtingen. Daarin gaat u als Kamerlid snel verandering brengen?
Als ik hier in Middelburg iemand in een rolstoel makkelijk een platgemaakte stoep op zie komen, leg ik meteen verband met de ratificatie van het VN-Verdrag Handicap. Veel mensen zien echter niet de praktische betekenis van mensenrechten. Wij maakten ooit voor Omroep Zeeland filmpjes over 8 EVRM, 10 EVRM en het Optioneel Protocol in het dagelijks leven. Deze verhalen zou ik in de Kamer willen vertellen, als tegenwicht tegen iedereen die roept dat wij verdragen op moeten zeggen. Het serieus nemen van mensenrechten kan ons leven echt verbeteren. De PvdA staat bijvoorbeeld voor het zeker zijn van zorg, wonen, onderwijs en goede arbeidsomstandigheden. Dan heb je het ook over rechtszekerheid, sociale en economische rechten en toegang tot het recht.
Het ‘huis van de rechtsstaat’ is vervallen, zei u onlangs in een podcast over grondrechten, en u sprak over ‘Grondwetfobie’. Weet u een goede ‘aannemer’ op dit gebied?
Ik vrees dat wij zelf aan het klussen moeten, en de hele buurt met ons. De rechtsstaat is te belangrijk om alleen aan juristen over te laten, en ambtenaren, parlementariërs, leerkrachten, professionals en burgers kunnen allemaal bijdragen, in het belang van ons allen. Wie onze grondwet wil versterken – en ik vind dat dit nodig is – kapt eerst die grote, oude conifeer die zo’n schaduw op het hele gebouw werpt: artikel 120. Omdat rechters, in concrete gevallen, wetten niet kunnen toetsen aan de grondwet hebben wij zo weinig constitutionele traditie en ‘constitutionele geletterdheid’.
Op de Tijdelijke wet Covid-19 is veel kritiek, onder meer vanwege de vergaande beperkingen van grondrechten. Hoe kijkt u hiertegen aan?
Hier zie je dat gebrek aan constitutionele traditie. Met zulke inperkingen van grondrechten hadden wij allang, net zoals de omringende landen, een nette wet moeten hebben. Dit met expliciete aandacht voor welke grondrechten beperkt worden, op welke gronden, voor hoe lang, en de proportionaliteit. Bij het opstellen van zo’n wet, en het overleg met de Kamer, kom je dan wel op de (vele) juridische pijnpunten van de coronamaatregelen. Daarbij spelen twee rechtsstatelijke dimensies. Het gebrek aan democratische controle vanwege de rol van de veiligheidsregio’s en de inhoud van de maatregelen zelf.
Voor de misgelopen marinierskazerne in Zeeland is er een compensatieplan, ‘Law Delta’, met een zwaarbeveiligde gevangenis, rechtbank en expertisecentrum voor georganiseerde criminaliteit. Wat vindt u daarvan?
Het zijn natuurlijk nog maar de gelekte plannen, maar het klinkt eerder als een Detentiedelta! Dit is jammer, omdat wij met de Zeeuwse Meesters geweldige plannen hebben om de toegang tot het recht te vergroten, het project ‘Samen Recht Vinden’. Dit zou zo’n ‘Law Delta’ echt invulling geven!
Wat betekent het voor uw werk als hoogleraar als u in de stad van vrede & recht gaat werken?
Ik zou waarschijnlijk de eerste hoogleraar in heel lange tijd in de Tweede Kamer zijn, de meeste collega’s gaan voor de Senaat. Ik wil juist dit, omdat ik denk in de Tweede Kamer echt het verschil te kunnen maken. Wel zou ik, als het mij allemaal gegund is, nog samen met mijn geweldige promovendi tot hun eindstreep mee willen wandelen. En af en toe les geven; ik ben en blijf docent in hart en nieren.
Met welke beroemdheid zou u in quarantaine willen?
Iemand die wijs is en gezellig, met wie je kan lachen en die mooi kan zingen, die graag verhalen vertelt en goed luistert. Michelle Obama lijkt mij wel wat.