Mr. van de week is Martin Jan van Mourik. Op 20 november nam hij afscheid van het WPNR. Maar liefst 28 jaar lang was hij als redacteur aan het weekblad verbonden, waarvan de laatste twaalf jaar als voorzitter. Van Mourik is oud-notaris en emeritus hoogleraar notarieel- en privaatrecht in Leiden en Nijmegen. Hij was ook vele jaren columnist van De Telegraaf. Op zijn naam staan meer dan 600 wetenschappelijke publicaties.
Wat gaat u het meest missen?
De inspirerende en sfeervolle redactievergaderingen alsmede de stroom aan informatie over juridisch Nederland die een redacteur van het WPNR bereikt. Ik heb het steeds als een grote eer ervaren van de redactie van het WPNR deel te mogen uitmaken. Het weekblad opereert nog altijd met veel succes in het spanningsveld tussen wetenschap en praktijk.
Bent u nu helemaal klaar met de juridische wereld? Of kunnen we over een jaar weer een afscheid verwachten?
Wie zijn vak liefheeft, kan niet van de ene op de andere dag de witte vlag hijsen en de boeken met het oud papier meegeven. De weg naar het kerkhof is nog lang, hoop ik, en ik heb het gevoel dat alles nog uitstekend functioneert. Maar ik ga andere mensen niet meer lastig vallen. Ik ben weliswaar geen man van de schaduw maar heb er geen moeite mee thans anderen voorrang te verlenen.
U lijkt ons niet iemand die achter de geraniums gaat zitten?
Dat hebt u goed gezien. Ledigheid is des duivels oorkussen. Voor de televisie zult u mij zelden aantreffen. Ter voorbereiding op hetgeen onvermijdelijk komt, zal ik de komende jaren veel onder het maaiveld te vinden zijn. In mijn tuin ben ik gangen en kanonkelders aan het opgraven, die deel uitmaken van een laatmiddeleeuws rondeel. Ook verwacht ik nog vele jaren te roeien. De Maas stroomt vlak bij mijn huis en is een prima roeiwater voor een fervente skiffeur. En uiteraard krijgen mijn vrouw en onze acht kleinkinderen meer aandacht.
Het notariaat staat voor grote uitdagingen. Hoe ziet deze beroepsgroep er volgens u over tien jaar uit?
De verloedering schrijdt nog een tijdje voort, vrees ik. De eer en het aanzien van het ambt worden bedreigd door ongebreidelde marktwerking en ordinaire handel. Politici zijn te weinig juridisch en maatschappelijk onderlegd om in te zien dat het notariaat een belangrijke pijler is van de samenleving en dient te worden gestut in plaats van te worden ondergraven. Niettemin verwacht ik dat ten minste een van mijn kleinkinderen tot het klassieke notarisambt zal worden geroepen. Dat wordt dan de vierde generatie.
Wat is het hoogtepunt in uw juridische carrière?
Naast het redacteurschap van het WPNR – een voortdurend hoogtepunt – is dat uiteraard de met succes bekroonde strijd voor het erfrecht, zoals dat in 2003 na vijftig jaar oorlog in werking trad. Erg trots ben ik op mijn vele promoties en op het feit dat deze thans het notariële discours in belangrijke mate bepalen.
Welk wetsartikel vindt u het mooist?
In juridisch-technische zin is dat artikel 3:186 BW: ‘1. Voor de overgang van het aan ieder der deelgenoten toegedeelde is een levering vereist op dezelfde wijze als voor overdracht is voorgeschreven. 2. Hetgeen een deelgenoot verkrijgt, houdt hij onder dezelfde titel als waaronder de deelgenoten dit tezamen vóór de verdeling hielden.’
Als een student hier chocolade van kan maken, heb ik verder geen vragen meer. Zelfs niet als hij witte sokken aan heeft.
Welk wetsartikel het slechtst?
In emotioneel-juridische zin valt – voor het laatst hoop ik – mijn oog op lid 1 van art. 1:30 BW: ‘Een huwelijk kan worden aangegaan door twee personen van verschillend of van gelijk geslacht.’ U bemerkt dat ik niet uit ben op populariteit. De eerste plaats wordt binnenkort wellicht ingenomen door de voorgestelde wetsbepaling die ertoe kan leiden dat een kind geen moeder meer heeft maar wel twee biologische vaders die dan tevens beiden juridische vader zijn. Het gegoochel en gehannes met het afstammingsrecht stoort mij nogal.
Welke juridische website raadpleegt u vaak?
Dagelijks komt ik terecht op www.rechtspraak.nl In de vernieuwde vorm is het een prima toegankelijke, prachtige informatiebron.
Welk boek las u het laatst?
Ik stel voorop dat ik liever schrijf dan lees. Voor het lezen van romans heb ik de rust en de tijd niet. Meer dan twee niet al te dikke romans per jaar haal ik zelden. Daarentegen lees ik de NRC dagelijks van A tot Z maar dan wel onder het genot van een fles goede wijn. Ik heb daarnaast een zwak voor dichtbundels. Thans ben ik eindelijk toegekomen aan Gerrit Komrij, Lang leve de dood, een bloemlezing in honderd en enige gedichten.
Met wie zou u een gevangeniscel willen delen?
Een eerlijk antwoord? Helene Fischer!